Zoekresultaten
599 resultaten gevonden met een lege zoekopdracht
- Benjamin Dalle keert terug in de tijd met 'Speeltijd' op Joe
In 'Speeltijd' keert Joe-presentatrice Ann Van Elsen elke week met een bekend persoon terug naar de klas om samen de fijne momenten uit de tienerjaren te herbeleven. Vlaams minister van Brussel, Jeugd en Media, Benjamin Dalle, is zelf ook nog een tiener geweest in niet zo'n heel erg lang vervlogen tijden. Benjamin en Ann haalden zaterdag samen toffe klasverhalen en spannende eerste keren naar boven. Over mondig zijn, hevige discussie en de eerste kus... Ann Van Elsen haalt haar vriendenboekje boven met heel wat prangende vragen voor Benjamin. Zo polst ze naar hoe hij was in de klas, wat zijn lievelingsmuziek was, wanneer hij voor het eerst gekust heeft en hoe oud hij was toen hij het eerst dronken werd. Over geheime leerlingengenootschappen, vrijgezel zijn en beste vriend Pieter-Jan... Ann Van Elsen is benieuwd: "Hebben jij en je vrienden ooit iets uitgestoken?". Benjamin vertelt over zijn rebelse jaren waarin hij samen met enkele klasgenoten een geheim leerlingengenootschap opricht: CA. Maar hij vertelt ook over zijn lievelingscafé in Brugge, zijn jaren als vrijgezel en de veel te vroege dood van zijn beste vriend Pieter-Jan. Over zijn eerste lief, lange afstandsrelaties en de meest fantastische vrouw ter wereld Het hoofdstuk van de liefde is aangebroken. Benjamin Dalle was er al vroeg bij en had zijn eerste lief op 4-jarige leeftijd. "Ze heette Louisa-Maria en wij hadden afgesproken dat we later zouden trouwen", aldus Benjamin. Zoals dat gaat met jeugdliefdes, bleef dat sprookje niet duren en kwamen er andere vrouwen in zicht. "Toch is mijn liefdesleven niet om over naar huis te schrijven hoor", aldus Benjamin. "Zo had ik samen met enkele vrienden de Gefrustreerde Mannenavond of GMA opgericht. We waren toen allemaal vrijgezel." Maar Benjamin heeft het ook over zijn "meest fantastische vrouw van de wereld": Maïté. Beluister de volledige aflevering van Speeltijd met Ann Van Elsen op www.joe.be
- Irisfeest: feest van de Brusselse hoop
Beste Brusselaar en Brusselliefhebber, Wanneer aprilse grillen plaats moeten ruimen voor de beloftevolle vroege zomerlucht van mei, bloeit de Iris. Een taaie voorjaarsbloem die zich maar al te graag nestelt op vochtige, voedselrijke bodems. Niet verwonderlijk dat de Iris het al eeuwen goed doet op de moerassige Brusselse gronden. Net omdat het bloempje zo kenmerkend is voor de streek in en rond Brussel, werd meer dan dertig jaar geleden gekozen om van de Iris het symbool te maken van het Brusselse Gewest. De mooie bloem wordt traditioneel geassocieerd met grootsheid, licht en hoop. Als je een Iris ziet, weet je dat de winter en het gure voorjaar voorbij zijn. Wie een bosje Irissen schenkt, komt veelal met hoopvol nieuws. Naar dat hoopvol nieuws snakken we nu al meer dan een jaar. We slaan ons door deze crisis met veel vallen en opstaan. Het verschrikkelijke virus heeft zoveel levens drastisch veranderd, in Brussel en overal ter wereld. Sommigen hebben afscheid moeten nemen van familie, vrienden en kennissen. Bedrijven hadden het moeilijk en mensen waren niet meer zeker van hun job. Verdriet en onzekerheid, woede ook. Boosheid over te strenge regels, over beperkte vrijheid, afgelaste activiteiten. Te krap, te dicht, teveel op elkaar in de stad, terwijl we net ruimte willen om te leven. Jongeren die willen uitvliegen: het leven ontdekken, uitzwermen. Liever het volle leven dan steriele maskers en ontsmette klinken. Maar steeds weer stoten we op grafieken, de ‘cijfers’, de alarmsignalen. Volle ziekenhuizen, radeloze zorgverleners. Dag en nacht in de weer om mensen erdoor te krijgen. Van piek naar piek, stilaan uitgeput. Zelfs de grootste helden hebben grenzen. Die grens heeft Brussel stilaan bereikt. Want het ging de afgelopen weken niet zo goed in onze stad. De spanningen liepen op, de lontjes waren soms kort. Het prachtige Ter Kamerenbos werd pijnlijk symbool van de krachtmeting tussen de ordediensten en Brusselaars. De beelden doen nog steeds pijn. Er zal kracht nodig zijn om de Brusselaars opnieuw te verbinden en het geweld van de afgelopen weken te doen vergeten. Maar er is hoop. Deze crisis laat ons zien hoe solidair we met elkaar kunnen zijn. Meer dan ooit tevoren steekt de Iris dit jaar net op tijd haar blauwe, beloftevolle kopje boven de grond. De vaccinatiecampagnes draaien op volle toeren. Overal geven vrijwilligers, gezondheidsmedewerkers, organisatoren en artsen het beste van zichzelf om zo snel mogelijk iedereen dat verlossende prikje te geven. Met elke prik komen we een stap dichter tot die verlossing, een stap dichter naar elkaar. Dit weekend kunnen we al afspreken op een Brussels terras. Brussel zal er na de coronacrisis anders uitzien. Niet door het geweld, wel door wat deze crisis ons écht heeft geleerd. Dat we nog sneller en nog meer moeten bouwen aan een stad op mensenmaat. Met meer veilige openbare ruimte. Ruimte om te leven, te spelen en te genieten. Een meer verbonden stad, met meer aandacht voor elkaar, in onze straten, in onze wijken. Een stad waar we durven op de pauzeknop duwen en aandacht hebben voor diegenen die het moeilijk hebben. Een stad ook waar we meer bruggen zullen moeten bouwen tussen buurten, gemeenschappen en bevolkingsgroepen. Waar we meer écht met elkaar moeten gaan spreken. We zullen daarvoor samen naar de tekentafel moeten. De coronacrisis is een echte stresstest voor onze politiek. Het overleg tussen de verschillende niveaus in ons land verliep op momenten bijzonder stroef. Al te vaak was het een opbod van meningen en straffe uitspraken. Het helpt niemand vooruit. Ook daar zullen we oplossingen voor moeten vinden. Daarbij moeten we onze focus scherp stellen: hoe kunnen we de levenskwaliteit van de inwoners van onze stad verbeteren? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat iedereen het beter heeft in Brussel? Laat het duidelijk zijn: dat doen we niet door ideologische discussies over staatsstructuren. Dat doen we door de krachten te bundelen met alle betrokken overheden. Brussel heeft nood aan een toekomstplan, waarbij we over de beleidsniveaus heen onze engagementen voor een beter Brussel samenbrengen. Daarvoor moeten we, in het belang van alle Brusselaars, de banden tussen Vlaanderen, Wallonië en Brussel de komende jaren versterken, niet doorknippen. Brussel is geen eiland, laat ons die discussie toch achter ons laten. Laat ons werken aan een veilig, net en ambitieus Brussel, waar we nog betaalbaar kunnen wonen en leven. Om dat te bereiken, moeten we samenwerken, niet verdelen. Vlaanderen wil meebouwen aan dat sterker Brussel, dat engagement is concreet en bewezen. Tijd dus om weg te gaan van de slogans en écht de dialoog aan te gaan. De komende maanden worden niet eenvoudig. We zullen ons aan de regels moeten houden, hoezeer dat soms ook tegen onze zin is. Er volgt nu nog een allerlaatste inspanning maar de finish is echt wel in zicht. Laat ons kracht putten uit onze Brusselse Iris. Een winter lang zit die diep verscholen in de donkere Brusselse moerasgrond. Maar in het voorjaar begroet de Iris ons met een gele, witte, paarse of blauwe knipoog en geeft ons het signaal: “Heb geduld. Alles komt goed.” Ik wens u fijne Irisfeesten. Benjamin Dalle Vlaams minister van Brussel
- Jeugdorganisaties reizen ook deze zomer voordelig met De Lijn naar hun kampplaats
Erkende jeugdorganisaties kunnen ook deze zomer (tussen 25 juni en 2 september) weer voordelig met een bus van De Lijn naar hun kampplaats reizen. Dankzij de tussenkomst van de Vlaamse overheid betalen zij slechts 1,60 euro per reiziger (groepsticket). Ook indien De Lijn een versterkingsrit moet inleggen, geldt dat voordeeltarief. Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open Vld) en Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle (CD&V) zetten samen met De Lijn hun schouders onder dit initiatief. “Wij willen de jeugdorganisaties, via praktisch, betaalbaar en duurzaam vervoer naar hun zomerkamp, een duwtje in de rug geven”, zeggen Vlaams ministers Lydia Peeters en Benjamin Dalle. Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters: “De jongeren die de dienstverlening van De Lijn nog niet kennen, bieden we een uitgelezen kans om te proeven van veilig én duurzaam openbaar vervoer. Als minister van Mobiliteit ben ik opgetogen dat ik op deze manier meewerken aan een leuke zomer voor jongeren in deze bijzondere periode. De veiligheidsvoorschriften blijven hetzelfde als op het reguliere vervoer.” ”Ik ben bijzonder tevreden dat er een mooi aanbod is voor de jeugdverenigingen. In de zomermaanden zullen er opnieuw meer dan een miljoen kinderen en jongeren op kamp vertrekken. Tijdens deze coronaperiode is dit voor velen een echt lichtpunt. Dankzij deze actie kan het vervoer alvast veilig en voordelig worden georganiseerd. Ik ben ervan overtuigd dat er massaal zal gebruik van worden gemaakt,” aldus Benjamin Dalle, Vlaams minister van Jeugd. "De ondersteuning van kampvervoer door de Vlaamse Overheid en dienstverlening van De Lijn speelt in op de nood aan duurzaam en goedkoop kampvervoer. In de toekomst hopen we nog meer pistes te kunnen bekijken om kampvervoer praktisch en optimaal te organiseren voor jeugdorganisaties en het vrijetijdsaanbod tijdens de zomer,” aldus Eva Vereecke, directeur van De Ambrassade. Versterkingsrit naar je kampplaats tijdig aanvragen Reis je naar je zomerkamp met een groep van meer dan 45 personen, dan kan je de groep opsplitsen over verschillende ritten of je kan een versterkingsrit aanvragen. Ook bij een versterkingsrit reis je nog steeds aan 1,60 euro per persoon. De Vlaamse overheid past de rest van de kostprijs bij. Aan de aanvraag zijn wel enkele regels gebonden. Zo mag de verplaatsing maximum 50 km lang zijn en zowel de vertrek- als de aankomsthalte moeten gewone haltes van De Lijn zijn. Deze versterkingsritten kunnen enkel buiten de spitsuren ingelegd worden. Belangrijk is dat de versterkingsritten tijdig aangevraagd worden: voor zomerkampen in de maand juli en augustus moet de aanvraag minstens 1 maand vooraf gebeuren. Reserveren kan vanaf nu via de website van De Lijn: www.delijn.be/opkamp. Daar vind je ook alle info en voorwaarden terug. Reizen aan 1,60 euro op vaste lijnen Van 25 juni tem 2 september kunnen erkende jeugdorganisaties gebruik maken van deze goedkope formule. Ligt er een halte bij je kampplaats in de buurt en reis je in een groep kleiner dan 45 personen, dan kan je een vaste lijn gebruiken. Met een groepsticket betaal je slechts 1,60 euro per reiziger. Het groepsticket moet wel op voorhand aangekocht worden in de Lijnwinkel of aan een ticketautomaat aan de halte, want op de bus zelf kan je niet meer met cash betalen. Uiteraard kan je ook met andere vervoerbewijzen reizen, bijvoorbeeld een Buzzy Pazz of Lijnkaart. Corona-proef De veiligheidsvoorschriften voor het kampvervoer zijn dezelfde als deze voor het regulier openbaar vervoer. Met andere woorden: iedereen vanaf 13 jaar moet een mondmasker dragen. Jeugdorganisaties nemen voor ze op pad gaan met bus en tram best ook nog een kijkje op delijn.be/vlotenveilig voor de meest recente richtlijnen i.v.m. Covid-19.
- Eerste Brusselse OverKophuizen komen in Molenbeek en Schaarbeek
De komende maanden zullen er naast de 5 bestaande maar liefst 25 nieuwe OverKophuizen opstarten. De eerste Brusselse OverkopHuizen zullen worden geopend in Schaarbeek en Molenbeek, dat kondigen Vlaams Minister van Welzijn, Wouter Beke samen met Minister van Brussel, Benjamin Dalle vandaag aan. Met de OverKophuizen wordt een preventief antwoord geboden voor het mentale welzijn van jongeren. Een OverKophuis is een plek waar jongeren en jongvolwassenen in een fijne, ontspannende sfeer kunnen vertoeven, waardoor problemen sneller bespreekbaar worden en wanneer nodig kan worden ingezet op laagdrempelige ondersteuning en hulp voor jongeren die daar nood aan hebben. In een OverKophuis kunnen jongeren gewoon binnenstappen om samen activiteiten te doen, maar ze vinden er ook een luisterend oor en professionele therapeutische hulp. Vlaanderen moedigt actoren in geestelijke gezondheidszorg en brede jeugdhulp aan om van deze vindplaatsen ook hun werkplaatsen te maken. OverKop werd opgericht door Rode Neuzen Dag en wil inspelen op sociaal en mentaal welzijn van jongeren. Eind vorig jaar besliste de Vlaamse Regering dat OverKop verankerd en uitgebreid moest worden. ‘De nood om te luisteren naar jongeren en in te zetten op hun mentaal welbevinden is ontzettend nodig,’ benadrukt Vlaams Minister van Welzijn Wouter Beke. ‘Jongeren groeien op in een steeds complexere samenleving en hebben het gevoel dat ze vaak onder druk staan. De impact van de coronamaatregelen voor jongeren heeft dat bovendien nog extra scherp gesteld. Daarom wilden we op relatief korte termijn een antwoord bieden op de noden van jongeren.’ Minister Beke is heel tevreden dat heel wat partners uit onder meer het jeugdwerk, de jeugdhulp, de geestelijke gezondheid of het onderwijs elkaar de hand reiken om OverKop voor zoveel mogelijk jongeren toegankelijk te maken. ‘Het enthousiasme bij alle partners om een OverKopwerking op te starten is bijzonder groot. We zijn ook erg blij dat we de band tussen het jeugdwerk en de jeugdhulp overal in Vlaanderen versterkt zien. En onder meer dankzij een sterk engagement van de lokale besturen slagen we erin om in meer dan de helft van de 16 werkingsgebieden meer dan één OverKophuis op te starten. Zo klokken we nu af op 30 OverKophuizen die al in 2021 starten. In 2022 en 2023 komen er nog 3 OverKophuizen bij.’ Benjamin Dalle, Vlaams minister van Jeugd en Brussel, wijst op het belang van dit project: “Het mentale welzijn van onze kinderen en jongeren moet meer aandacht krijgt in onze samenleving. Zeker in een grootstad zoals Brussel is het voor jongeren vaak niet eenvoudig om een veilige en vertrouwde plaats te vinden waar ze terecht kunnen met hun zorgen. Nochtans is de nood hoog. Ik ben dan ook bijzonder tevreden dat we met deze steun ook OverKophuizen naar Brussel kunnen brengen. Dit is een absolute meerwaarde voor de Brusselse jongeren.” Kleine of grote zorgen De OverKophuizen zullen opgericht worden onder de vleugels van het Agentschap Opgroeien. ‘Het is cruciaal dat we kinderen en jongeren het gevoel geven dat ze er mogen zijn, dat ze meetellen,’ zegt Administrateur-Generaal Katrien Verhegge. ‘Niet alleen wanneer het goed gaat, maar ook wanneer jongeren signalen geven dat ze het moeilijk hebben. In een OverKophuis vinden jongeren een veilige plek, waar ze zichzelf kunnen zijn met al hun krachten en kwetsbaarheden. Vertrekkend vanuit een ontmoetingsplek, kunnen jongeren bij OverKop ook terecht voor een babbel of ondersteuning rond kleine of grote zorgen. We zetten de jongere aan het stuur en zorgen dat alle taboes doorbroken kunnen worden.’ Intense samenwerking Over Vlaanderen en Brussel zullen 16 regionale OverKop-werkingen worden uitgebouwd die elk een subsidie van € 100.000 per jaar ontvangen de komende drie jaar. Verschillende werkingen hebben ervoor gekozen om met steun van de deelnemende partners en de betrokken lokale besturen meerdere antennes uit te bouwen, waardoor er voor de jongeren op korte termijn 30 OverKophuizen toegankelijk zullen zijn. In Brussel komen er twee OverKophuizen: in Schaarbeek en Molenbeek. D’Broej VZW is initiatiefnemer van de Brusselse OverKophuizen. Met hun jarenlange expertise in het Brusselse jeugdwerk kiest Vlaanderen voor een vertrouwde partner. In Molenbeek zal het OverKophuis gevestigd worden in Molenbeek Centrum West, en in Schaarbeek in Ratatouille. OverKop nestelt zich op een uniek kruispunt tussen onderwijs, jeugdwerk, geestelijke gezondheidszorg, jeugdhulp, welzijnswerk en de lokale besturen. Daarmee wordt er afgestapt van het hokjesdenken en kiezen we resoluut voor een intersectorale aanpak. De mix aan expertise wordt gebundeld in een krachtig OverKopnetwerk waar jongeren centraal staan. Vanuit elk OverKophuis wordt er intensief samengewerkt en kunnen partners hun engagement zelf bepalen. Zo willen we het taboe rond psychische problemen bij jongeren verder doorbreken en vanuit een warme zorg bijschakelen naar intensievere hulp als jongeren zelf aangeven dat ze dat nodig hebben. Locaties OverKop-huizen: Aalst, Antwerpen, Antwerpen, Beringen, Genk, Gent, Halle, Hasselt, Herentals, Ieper, Kalmthout, Kortrijk, Lier, Lommel, Mechelen, Menen, Molenbeek, Mortsel, Oostende, Peer, Pelt, Poperinge, Schaarbeek, Sint-Niklaas, Sint-Truiden, Tienen, Vilvoorde, Wetteren, Willebroek, Zandhoven
- CD&V wil gamingsector fiscaal ondersteunen
CD&V-Kamerlid Steven Matheï wil de productie van videogames fiscaal ondersteunen. Zijn wetsvoorstel wil de bestaande tax shelter uitbreiden tot de gamingindustrie, om investeringen in die sector aan te moedigen. Een dergelijk belastingvoordeel geldt nu al voor investeringen in audiovisuele producties (sinds 2004) en podiumkunsten (sinds 2017) in België. Vlaams minister van Media, Benjamin Dalle, steunt dit voorstel: "Vlaamse gameproducenten hebben al jaren duidelijke ambities, maar de financiering van ervan schiet vaak tekort wegens sterke concurrentie vanuit het buitenland. Het voorstel van kamerlid Steven Matheï kan de Vlaamse gamesector écht doen groeien." Wereldwijd is de gamingsector al groter dan de volledige filmindustrie. Ook in ons land blijft deze sector aan populariteit winnen; niet alleen de consumptie maar ook de productie kent een gestage groei. Hogescholen als PXL in Hasselt en Howest in Kortrijk bieden tegenwoordig opleidingen aan rond game design en -ontwikkeling met internationaal aanzien. Ondanks de groei blijft de Belgische videogame-industrie een kleine vis in een grote, internationale vijver, waardoor veel in eigen land afgestudeerde studenten in het buitenland op zoek gaan naar een baan. Zo worden er in het buitenland banen gecreëerd en worden buitenlandse games geïmporteerd om in eigen land te worden geconsumeerd. Het doel moet echter zijn om de lokale industrie verder te doen groeien dankzij het stimuleren van nieuwe studio's, extra banen en nieuwe intellectuele eigendom met een Belgische en Europese identiteit. Met de wet van 29 maart 2019 keurde het voltallige Parlement de uitbreiding van de tax shelter naar de productie van videogames goed. Hiermee gaf ze een krachtig signaal naar de sector toe. De Europese Commissie uitte echter diverse bezwaren tegen de aangenomen wet. Vooral de bepalingen over een minimum aan investeringen op het Belgische grondgebied, bleken problematisch in het licht van het vrij verkeer. Om dit op te lossen, stelt Matheï voor deze territoriale beperking uit te breiden naar de Europese Economische Ruimte. Door deze aanpassing zal de uitbreiding de toets van de EU wél doorstaan. Matheï: “Vandaag ondersteunen onze buurlanden al fiscaal de productie van videogames. Ons land heeft nog geen dergelijk steunsysteem. Hierdoor kijkt het Belgische gametalent op zoek naar investeerders vaak naar het buitenland, terwijl in België wel degelijk geïnteresseerde investeerders zijn. Deze brain drain moet echt stoppen. Het heeft geen zin om vanuit Onderwijs elk jaar (terecht) miljoenen te pompen in hoogstaande opleidingen, wetende dat de helft of meer van de afgestudeerde studenten naar het buitenland vertrekt bij gebrek aan jobs in België. Daarom stellen we voor om tegemoet te komen aan de bezwaren van de Europese Commissie en voluit te gaan voor de uitbreiding van de tax shelter naar de productie van videogames." Vlaams minister van Media, Benjamin Dalle: “Vlaamse gameproducenten hebben al jaren duidelijke ambities. Het aantal studio’s dat zich bezig houdt met gameontwikkeling groeit elk jaar en een groot deel van die studio’s houdt zich bezig met innovatieve technologie. Met de Digital Arts & Entertainment-opleiding aan Howest in Kortrijk hebben we bovendien een wereldwijd gerespecteerde opleiding voor game design. De financiering van deze ambities schiet echter vaak tekort wegens sterke concurrentie vanuit het buitenland, met als gevolg dat Vlaamse gameontwikkelaars met veel potentieel vaak onderdak zoeken bij grote, internationale studio’s. Met het voorstel tot uitbreiding van de Tax Shelter kan de Vlaamse gamesector zich beter weerbaar maken tegen die buitenlandse kleppers en de groeiende ambities waar maken.”
- Vlaanderen investeert in digitale make-over Muntpunt in Brussel
De Vlaamse Regering trekt in het Relanceplan Vlaamse Veerkracht bijna 380.000 euro uit om Muntpunt een digitale make-over te geven. Drie grote projecten moeten er voor zorgen dat zowel publiek als partners het Muntpuntgebouw nog meer en beter kunnen gebruiken. Meest ingrijpende verandering is de creatie van een Doe- en Maakplek, die een prominente plaats krijgt in het gebouw met o.a. een Medialab, een Atelier en creatieve co-workingspaces. “Met deze grote investering willen we ervoor zorgen dat Muntpunt de komende jaren de digitale kloof bij de Brusselaars kan helpen wegwerken. De coronacrisis heeft aangetoond dat veel burgers nog onvoldoende vertrouwd zijn met de nieuwste technologie, dit initiatief moet bijdragen aan meer e-inclusie,” aldus Benjamin Dalle, Vlaams minister van Brussel, Jeugd en Media. De Vlaamse Regering zet het licht op groen voor extra investeringen in Muntpunt. Het is de eerste concrete realisatie van de 10 miljoen euro die specifiek voor Brussel werd uitgetrokken binnen het Economisch en Maatschappelijke Relanceplan Vlaamse Veerkracht. Bijna 380.000 euro wordt vrijgemaakt voor drie projecten in Muntpunt. Doe- en Maakplek biedt creatieve ruimte én uitrusting In de nieuwe Doe- en Maakplek kunnen creatieve Brusselaars, innovatieve hobbyisten en vindingrijke doe-het-zelvers zich helemaal uitleven, analoog of digitaal. Verschillende tools - hardware, software en freeware – worden samengebracht in meerdere creatieve ruimtes, open voor iedereen: publiek en partnerorganisaties. Zo zullen er in de ruimte “Medialab” acht iMac’s en PC’s staan, volledig uitgerust met professionele software zoals o.a. Adobe Creative Cloud en AutoCAD. Het Atelier wordt dan weer een inspirerende plek waar je kan deelnemen aan bijvoorbeeld workshops of digitale bootcamps, maar waar je ook zelf aan de slag kan gaan met al het beschikbare maak- en knutselmateriaal. Muntpunt wil hiermee uitrusting waar vaak een stevig prijskaartje aanhangt toegankelijk maken voor iedereen. Daarnaast gaat het ook om een creatieve ruimte creëren waar makers elkaar kunnen ontmoeten, om raad kunnen vragen, ideeën uitwisselen en samenwerken. Vernieuwing computerzaal De studiezaal, waar bibliotheekleden gebruik kunnen maken van computers en printers, is al jarenlang een drukbezochte plek in Muntpunt. Tijdens de coronapandemie werd de studiezaal zelfs een onmisbare plek voor wie thuis niet over een computer beschikt, om toch ook digitaal verbonden te blijven. Na 7 jaar intensief gebruik krijgt de IT-uitrusting nu een stevige update: alle computers en hun software worden vernieuwd. Live streaming vanuit alle Muntpuntzalen Tot slot krijgen alle zalen in het Muntpuntgebouw een vernieuwde audio- en video-uitrusting. Die moet het onder andere mogelijk maken om activiteiten die in Muntpunt plaatsvinden te live streamen. “Tijdens de coronacrisis schakelden we redelijk snel om naar online activiteiten. Dat bracht ook voordelen met zich mee. Heel wat deelnemers gaven aan dat ze blij waren met de gewonnen verplaatsingstijd. Maar we merkten vooral dat we een breder publiek konden bereiken, geografisch gezien. Daarom willen we ook na corona inzetten op het live streamen van activiteiten. Zo kunnen ook mensen die niet vlakbij wonen, of die een drukke agenda hebben, blijven deelnemen aan onze activiteiten,” klinkt het bij Muntpunt. “Muntpunt speelt een centrale rol voor de Vlaamse Gemeenschap in Brussel. Het spreekt voor zich dat Muntpunt dan ook een belangrijke rol opneemt in de relancestrategie van de Vlaamse Regering. Deze digitale make-over moet ervoor zorgen dat Muntpunt mee evolueert met de meest recente technologie, en deze ook beschikbaar stelt voor alle Brusselaars. De coronacrisis heeft aangetoond hoe belangrijk technologie in ons leven is geworden, ook na de pandemie moeten we hier blijven op inzetten,” aldus Benjamin Dalle.
- Nieuwe game wil helpen bij betere preventie van suïcidale gedachten bij jongeren
Het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie (VLESP) heeft de nieuwe game Silver gelanceerd. De game wil jongeren helpen om zich beter in hun vel te voelen en bij te staan bij suïcidale gedachten. Zelfdoding is immers een belangrijk probleem bij de Vlaamse jeugd en de game wil leiden tot een beter begrip van het mentale welzijn van jongeren. Suïcide is volgens het VLESP een enorm probleem in Vlaanderen. "Bij jongeren tussen 15 en 19 jaar is suïcide zelfs de belangrijkste doodsoorzaak", zegt Eva De Jaegere, onderzoekscoördinator van VLESP. "Dat komt natuurlijk ook omdat ze veel minder lijden aan andere lichamelijke problemen. Voorts komen pogingen tot zelfdoding frequent voor in deze leeftijdscategorie, zeker bij meisjes." Volgens De Jaegere is het daarom erg belangrijk om aan preventie te doen binnen deze leeftijdsgroep. Met de game Silver willen de initiatiefnemers preventief werken op de piek in suïcidale gedachten die optreedt rond 15 à 16 jaar. "We willen op een speelse manier een toegangspoort geven tot een beter begrip van het mentaal welzijn en zo bijdragen aan de universele preventie van suïcide bij jongeren", aldus De Jaegere. Vlaams minister van Welzijn, Wouter Beke: "Silver is een serious game voor onze jeugd dat op een speelse manier inzicht biedt in belangrijke zaken omtrent mentaal welzijn. Preventie is de beste manier om op lange termijn de geestelijke gezondheid van onze jongeren te versterken." Silver is dus een "serious" game. "Het is niet zozeer een computerspel en niet bestemd voor het pure plezier of entertainment", benadrukt De Jaegere. "We willen dat jongeren door het spelen van de game iets bijleren over zichzelf en anderen." In de game trekken de jongeren naar een festival. "Daar leren ze emoties herkennen, ze begrijpen en er mee leren omgaan", legt Bart Witvrouwen, wetenschappelijk medewerker bij VLESP, uit. Vlaams minister van Jeugd en Media, Benjamin Dalle: "Kinderen en jongeren hebben het vandaag niet makkelijk. Initiatieven zoals deze game zijn dan ook heel waardevol. Het is belangrijk dat we kinderen en jongeren, zeker in deze tijden, helpen zich goed in hun vel te voelen. Silver zet hier - op een leuke en ontspannende manier - een grote stap in!" Aan de hand van een effectiviteitsstudie werd nagegaan in welke mate Silver een effect heeft op het mentaal welzijn van jongeren en wat jongeren ervan vonden. De game werd onderzocht bij 1.128 leerlingen uit tien verschillende Vlaamse scholen. De leerlingen kwamen uit de eerste en twee graad ASO, BSO, KSO en TSO. De onderzoekers wilden nagaan hoe de jongeren dankzij de game hun gevoelens beter herkennen, benoemen en begrijpen. "Dat zijn belangrijke basisvaardigheden bij de mentale gezondheid van jongeren", benadrukt professor Gwendolyn Portzky, directeur van het VLESP. De resultaten uit de studie tonen aan dat de game een positief effect had op die vaardigheden. "Na het spelen van de game werden de jongeren beter in het herkennen, benoemen en begrijpen van hun emoties. Daarnaast was er bij de jongeren een daling in de aanwezigheid van denkfouten", aldus Portzky. Bij de beoordeling van de game viel het volgens de onderzoekers ook op dat de jongeren aangaven een beter begrip te hebben van het verband tussen hun gevoelens, gedachten en gedrag. "Ze begrepen ook beter hoe anderen denken en zich voelen. Het feit dat ze de personages uit de game leuk vonden en zich konden inleven in de verhalen, kan het effect van de game versterken en hen motiveren om de game te spelen", legt ze uit. De game is gratis beschikbaar via de app stores. Voor de ontwikkeling ervan kreeg het VLESP de steun van onder meer de Vlaamse regering en het Gamefonds van het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF). (Bron: Belga)
- Roeselaarse jongeren in debat met politici
De leerlingen uit de derde graad van MSKA Roeselare campus Tant gingen vandaag in debat met verschillende politici. Jongeren worden veel met de vinger gewezen, maar hoe komt dat? Wat doen politici voor hen? Luisteren zij naar hen of spreken ze vooral over hen? Weten politici wat jongeren echt belangrijk vinden? Hoe houden zij de vinger aan de pols? Deze en meer vragen stelden zij aan Benjamin Dalle (CD&V), Meyrem Almaci (Groen), Tom Vangrieken (Vlaams Belang), Jos D'Haese (PVDA), Sander Loones (N-VA), Melissa Depraetere (Vooruit) en Jasper Pillen (Open VLD). De leerlingen uit de derde graad kozen de onderwerpen en de vragen. De politici konden debatteren rond drie grote onderwerpen: Jongeren en politiek, klimaat en economie, leefbaarheid en veiligheid. Jongeren en politiek Jongeren willen betrokken worden in de politiek. Dat bleek uit dit debat nog maar eens! Met een eerste grote vraag wordt de spits afgebeten: "Wat doen jullie om de mening van jongeren te kennen?" Vlaams parlementslid van PVDA, Jos D'Haese, vindt dat er niet geluisterd wordt naar de jongeren. Minister Dalle: "Luisteren en spreken met jongeren is echt enorm belangrijk en dat doen we ook. Zo zit ik praktisch dagelijks samen met jeugdorganisaties, jeugdverenigingen én met kinderen en jongeren in deze coronatijden om te bekijken hoe we de coronaregels voor de jongeren op een goede manier tot stand kunnen brengen." Klimaat en economie Moet Vlaanderen meer doen voor het milieu? "Dat is absoluut zo", aldus Dalle. "Het is jullie generatie die van klimaat een groot punt op de agenda hebben geplaatst, met de klimaatmarsen. En ook nu uit de coronatijd hebben we veel geleerd. We hebben nood aan buitenruimte, aan propere lucht en aan bossen en meer groen. En dat lossen we niet op met politieke spelletjes, maar door er allen samen voor te gaan." Leefbaarheid en zichtbaarheid Hoe zichtbaar mogen kinderen en jongeren nog zijn in de stad? Dat vroegen de leerlingen van MSKA Roeselare zich af tijdens het debat. "Jongeren moeten absoluut zichtbaar zijn in een stad", aldus Dalle. "Ze mogen niet weggestoken worden, maar mogen deel uit maken van wat er leeft in een stad of gemeente. Daarom is publieke ruimte super belangrijk." In de media worden jongeren tegenwoordig vaak in een slecht daglicht gezet. Leerling Erben stelt zich de vraag of "het door ons is dat de coronacijfers nog steeds niet beter zijn? Is het de schuld van jongeren? Want op basis van wat we lezen en zien, lijkt dat wel zo." Meer informatie en het volledige debat kan je terugvinden op https://www.facebook.com/mskaroeselare/
- Cosmogolem verbindt jongeren uit Vlaanderen en Brussel
Een twintigtal Brusselse en Genkse jongeren lanceerden dit weekend in Koen Vanmechelens LABIOMISTA het verbindingsproject CosmoGolem Connekt. Samen met Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle en de kunstenaar laten ze er de CosmoGolem, een wereldwijd symbool voor kinderrechten en hoop, ontwaken. CosmoGolem Connekt laat een twintigtal jongeren uit Brussel en Genk op corona-veilige wijze de CosmoGolem uit zijn winterslaap halen op LABIOMISTA. Het enorme, marmeren hoofd van het wereldbekende beeld getuigt er van de nood van jongeren aan verbinding, aan samen dromen en aan hoop voor de toekomst. Nu meer dan ooit. “Er moet meer naar jongeren geluisterd worden. Moeilijkheden op school? Meer begeleiding ipv altijd dezelfde kinderen straffen. Problemen op straat? Gewoon 2 politiemensen sturen en geen 5 combi’s. I can’t breathe? Minder auto’s & CO2 en meer plaatsen om te feesten en muziek te maken!” Daan (12) & Manu (16) Het ontwaken van de CosmoGolem is ook het startschot van een interstedelijk artistiek project, dat medio mei uitmondt in een vierdaags feest van hoop voor kinderen en tieners. Het opmerkelijke Vlaams-Brusselse initiatief van MetX, B-Classic en Studio Koen Vanmechelen wint aan kracht door de samenwerking tussen tal van partners in Brussel, Leuven, Diest en Genk. “Deze jongeren worden deel van de wereldgemeenschap CosmoGolem die jongeren op vrijwel alle continenten met elkaar verbindt,” zegt Koen Vanmechelen die zijn eerste Cosmogolembeeld meer dan twintig jaar geleden maakte. Op LABIOMISTA komen deze jongeren samen om via een performance de eerste zaadjes te planten voor hun artistieke samenwerking. Het gaat om jongeren uit de percussiegroep Fanfakids uit Molenbeek, enkele tieners die een nieuwe CosmoGolem bouwen in Anderlecht en jongeren uit de Genkse jeugdwerking Gigos Zwartberg. Op het programma: een rondleiding door de kunstenaar, kennismaking met de CosmoGolem en een eerste try-out van de performance die ze medio mei tijdens het feest van hoop zullen brengen. Daarna vertrekt het traject naar de vier deelnemende steden, waar jongeren tijdens verschillende artistieke workshops via de Cosmogolem worden uitgedaagd om hun stem te uiten. Wat zijn hun wensen voor de toekomst; voor zichzelf, voor anderen, voor de natuur en voor de stad van morgen? Naast Genk (Villa Basta, B-Classic, OpUnDi Genk) en Brussel (MUS-E, MicroMarché), gaat het om Leuven (Trill, Cie Tartaren) en Diest (Burgercollectief De Kwartiermakerij). In Anderlecht wordt finaal een nieuwe 4 meter hoge houten reus door Brusselse jongeren tot leven gebracht. “Creatief zijn is essentieel voor het ontwikkelen van je identiteit en eigenwaarde.” aldus Vanmechelen. “Dankzij de kracht van verbeelding en samenwerking, wil de CosmoGolem de stem en emoties van kinderen op een artistieke manier versterken. Because we all need to stand on the shoulders of giants to grow.” “Dit is een fantastisch project waarbij creativiteit jongeren uit verschillende Vlaamse provincies samenbrengt met Brusselaars", aldus Vlaams minister van Jeugd, Benjamin Dalle. Het symboliseert kinderrechten, hoop en kinderdromen . Creativiteit en kunst zijn het bindmiddel tussen Vlaanderen en Brussel en worden hier ingezet om het belang van kinderrechten te onderstrepen. Ik kijk uit naar de komst van de CosmoGolem in Brussel!” CosmoGolem Connekt is een initiatief van MetX, B-Classic en Studio Koen Vanmechelen, i.s.m. tal van partners in Brussel, Leuven, Diest en Genk. Met de steun van de Vlaamse Overheid – Kabinet Benjamin Dalle, minister voor Brussel, Jeugd & Media. Meer info: www.cosmogolem.com/connekt
- Overlegcomité zet licht op groen voor zomerkampen
Het overlegcomité gaf vandaag haar goedkeuring aan het protocol voor de zomerkampen, dat eerder deze week werd overgemaakt door de ministers van Jeugd van de verschillende Gemeenschappen. Concreet betekent dit dat de jeugdorganisaties kunnen starten met de voorbereiding van de kampen in de zomer. Net zoals vorig jaar wordt er gewerkt met jeugdwerkregels die samen met de sector werden uitgewerkt en in heldere draaiboeken worden gegoten. Kampen kunnen opnieuw georganiseerd worden met groepen van 50 kinderen en jongeren. In tegenstelling tot vorig jaar is er geen specifieke beperking op buitenlandse kampen. Er werd de afgelopen weken hard gewerkt aan de vernieuwde jeugdwerkprotocollen voor de kampzomer. Op verschillende momenten was er overleg met de jeugdsector, de experten en virologen en de gemeenschapsministers bevoegd voor Jeugd. De regels die werden afgesproken gaan in bij de start van de zomerkampen, op 25 juni 2021. Deze modaliteiten vertrekken vanuit een sterk evenwicht tussen enerzijds de veiligheid en verantwoordelijkheid van de vrijwilligers en deelnemers maar moeten anderzijds ook voldoende ademruimte geven aan kinderen en jongeren. Het jeugdwerk-DNA staat daarbij centraal: vertrekken vanuit het perspectief van kinderen en jongeren: groepsgericht, participatief, speels, creatief, avontuurlijk en actief. Net zoals vorige kampzomer wordt er gewerkt in bubbels van 50 kinderen of jongeren, exclusief begeleiders. Een kamp- of weekbubbel kan uit meerdere bubbels tegelijk bestaan. Dit moet een grotere ademruimte geven. Binnen de bubbels moeten er geen mondmaskers worden gedragen en kan er vrij gespeeld worden. Vanaf de leeftijd van 13 jaar wordt wel aangeraden om intens fysiek contact te vermijden tijdens de activiteiten. Ook overnachtingen zijn mogelijk. Er wordt tijdens de kampen ook gevraagd om extra aandacht te hebben voor hygiëne. Hoewel activiteiten binnen ook mogelijk zijn, wordt sterk aangeraden om zoveel mogelijk buiten te organiseren. Als activiteiten toch binnen worden georganiseerd, dan wordt gevraagd om de ruimtes voldoende te verluchten. Als er toch een besmetting zou plaatsvinden op kamp dan is er een speciale noodprocedure opgesteld. Deze wordt opnieuw geactualiseerd in samenwerking met het Agentschap Zorg en Gezondheid en Sciensano. Er werd ook een lijst met risicogroepen opgesteld; indien een kind of jongere deel uitmaakt van een risicogroep hebben ouders de verantwoordelijkheid om op de medische fiche aan te geven of de ziekte / aandoening onder controle is. Bij twijfel wordt aangeraden om advies aan de huisarts te vragen. Zieke kinderen of begeleiders kunnen niet deelnemen aan een aanbod. Ook kinderen en / of begeleiders die in contact kwamen met een besmet persoon en in quarantaine moeten blijven kunnen niet deelnemen aan het aanbod. Buitenlandse reizen zijn enkel mogelijk als het Ministerieel Besluit het toelaat. In tegenstelling tot vorig jaar wordt er geen afstandsbeperking opgelegd. Er wordt wel voorzien in een internationale noodprocedure. Alle regels en protocollen worden de komende weken in heldere handleidingen gegoten en zullen ter beschikking worden gesteld van het jeugdwerk. Tot slot wordt er vanaf 8 mei al meer mogelijk, zoals reeds beslist door het Overlegcomité van vorige week. Vanaf dan worden de groepjes van maximaal 10 personen uitgebreid tot 25, voor wat de georganiseerde buitenactiviteiten betreft. Vlaams minister van Jeugd, Benjamin Dalle, is tevreden dat er nu duidelijkheid is. “Veel verenigingen hebben ons de afgelopen weken gevraagd om snel duidelijkheid te geven. Met deze beslissing staat het licht op groen voor de organisatie van de jeugdkampen en -activiteiten tijdens de zomervakantie. Dit zijn opnieuw strenge regels, mocht blijken dat de cijfers het toelaten om met grote groepen te werken dan kunnen de regels nog altijd worden aangepast. Maar dit biedt alvast een belangrijk houvast en laat het toe om de nodige voorbereidingen te treffen. We beseffen dat dit opnieuw een grote inspanning vraagt van de vrijwilligers, maar ik ben ervan overtuigd dat we ook dit jaar een schitterende jeugdwerkzomer kunnen organiseren. Dit biedt perspectief aan meer dan een miljoen kinderen en jongeren,” Eva Vereecke, Directeur De Ambrassade, de ondersteuner van het jeugdwerk: “We hebben vorige zomer met 100.000 vrijwilligers, jeugdwerkers en jeugdambtenaren een sterke jeugdwerkzomer gerealiseerd voor meer dan 1 miljoen kinderen en jongeren. En dat op een virusveilige en verantwoordelijke manier. We staan klaar met draaiboeken en ander ondersteuningsmateriaal om opnieuw ervoor te zorgen dat de vrijwilligers en begeleiding zoveel mogelijk kunnen bezig zijn met waar het echt om draait: kinderen en jongeren grenzeloos plezier en onvergetelijke momenten bezorgen.
- 35 miljoen om de mediasector klaar te stomen voor meer digitale toekomst
De Vlaamse regering trekt 35 miljoen euro uit voor het relanceplan voor de mediasector. Met het plan wil de regering de Vlaamse mediasector stimuleren om extra in te zetten op digitalisering. Dit moet het voor onze mediaspelers mogelijk maken om beter in te spelen op het veranderende mediagebruik en op de steeds sterkere internationale concurrentie. Er wordt onder meer ingezet op het beter gebruik van data, het delen van sterke media infrastructuur, het connecteren met de mediagebruiker, projecten omtrent desinformatie en de transformatie van de regionale omroepen. Het grootste deel van het budget (21,5 miljoen) wordt gereserveerd voor projecten die de sector zelf kan aanbrengen. De Vlaamse Regering zet het licht op groen voor het relanceplan Media. Dit traject voor de mediasector kadert binnen het plan “Vlaamse Veerkracht” van de regering. Het moet een antwoord bieden op de stijgende uitdagingen van de Vlaamse mediasector. Het Vlaamse media-ecosysteem staat al enkele jaren sterk onder druk door de snelle digitalisering van onze samenleving en economie. Daarnaast wijzigt het mediagebruik in sneltempo en zetten internationale spelers onze mediabedrijven steeds meer onder druk. Tegelijkertijd brengt de digitale revolutie ook opportuniteiten met zich mee. Zeker op het vlak van samenwerking binnen de mediasector. Die samenwerkingsverbanden moeten de motor zijn van de relance in de mediasector. Zo moeten onze eigen mediabedrijven relevant blijven binnen een alsmaar internationaler speelveld dat gedomineerd wordt door grote buitenlandse spelers (GAFA, Netflix, Disney+, …). De middelen uit ‘Vlaamse Veerkracht’ bieden daarom een unieke kans om de weerbaarheid van het Vlaamse media-ecosysteem te versterken. De mediasector bevindt zich, net zoals vele andere sectoren, in een totale digitale omwenteling. Een paradox is daarbij dat tijdens de Coronacrisis de consumptie van digitale media enerzijds sterk steeg, maar tegelijk het vertrouwen van burgers in digitale media daalde. Vooral de stijgende desinformatie en de polariserende boodschappen dragen hiertoe bij. Ook hier moet het plan antwoorden op bieden. Voor de totstandkoming van dit plan werden de verschillende Vlaamse mediaspelers en academici intensief betrokken, en ook voor de uitrol kijkt de regering vooral naar de sector zelf. Ook binnen de regering worden de krachten gebundeld; de Vlaamse minister van Media en de minister van Economie en Innovatie slaan de handen in elkaar. In beide beleidsdomeinen wordt budget voorzien. Vlaams minister van media, Benjamin Dalle: “We staan op een historisch moment voor de mediasector. Hoewel onze mediabedrijven behoren tot de top in Europa, worden we geconfronteerd met nieuwe spelers die het verdienmodel stevig onder druk zetten. Om leiderschap te blijven claimen en topcontent aan te bieden voor duizenden kijkers en luisteraars is het belangrijk onszelf te blijven heruitvinden. Met dit ambitieuze plan willen we samen met de sector de juiste antwoorden formuleren.” Vlaams minister van Economie en Innovatie, Hilde Crevits: “De technologische vernieuwingen van de mediasector zorgen ervoor dat ons lees-, kijk- en luistergedrag sneller dan ooit aan het veranderen is. De digitalisering zorgt voor ongekende nieuwe mogelijkheden en uitdagingen. Met dit plan kunnen we al die sterke en innovatieve projecten die inspelen op het mediagebruik en productie van de toekomst verder ontwikkelen in Vlaanderen. Daarvoor rekenen we op een sterke samenwerking tussen de mediaspelers en de kennisinstellingen.” Cross-mediaal en multiplatform meetsysteem: De ontwikkeling van een platform waarin data verzameld, gedeeld en interactief ingezet wordt. Het platform biedt een geavanceerd meetsysteem en een ordermanagementsysteem waardoor inzichten, digitale relaties en waardecreatie maatschappelijk en economisch kunnen gevaloriseerd worden. Hiervoor wordt een consortium opgericht met een aantal kernspelers (oa VRT, private mediaspeler(s) en regionale omroepen) met mogelijkheid tot latere instap of laagdrempelige participatie. Media hub: Doel is een gedeelde private cloud te creëren waarbinnen digitale tools worden ontwikkeld die een laagdrempelige instap biedt voor start-ups, scholen en bedrijven. Ook het aanbieden, vinden en combineren van diensten (productiemiddelen, technologie, opslag, …) vindt hierin een plek waardoor een gebruiksvriendelijk digitaal ecosysteem ontstaat met twee kernbegrippen: uitwisselbaarheid en connectiviteit. Hiervoor wordt gedacht aan een cross-over consortium (mediabedrijven, facility, telecom). Desinformatie: hiervoor wordt gewerkt met een projectoproep. De focus ligt hierbij op verschillende thema’s: · Weerbaarheid van burger (mediawijsheid) en journalistiek verhogen · Sterkere (academische) inzichten inzake desinformatie · Innovatieve tools en technologie om desinformatie te detecteren · Analytische methodes voor autonome redacties in antwoord op vastgestelde desinformatie Digitale transformatie van de regionale omroepen: Het versneld digitaal transformeren van de regionale omroepen waardoor zij mee kunnen stappen in de uitrol van de andere projectlijnen. Hierbij zullen de regionale omroepen de duurzaamheid en recurrente kost van deze transformatie moeten kunnen garanderen. Projectoproep digitale transformatie: De projectoproep omvat 3 clusters en staat open voor zowel grote als kleine projecten. Verbeteren van de vindbaarheid en zichtbaarheid van Vlaamse mediacontent; Slimme technologie en digitale tools om efficiëntie/kwaliteit van mediaproductie, opslag, distributie en waardecreatie te verhogen; Mediaplatformen van de toekomst (kijken, luisteren, lezen). Projectoproep instrumentarium media-innovatie: De hierboven geschetste projectlijnen worden vervolledigd door een ondersteunend innovatieprogramma voor de mediasector. Dit focust op toepassingsgerichte onderzoeks- en innovatiecomponenten voor de ontwikkelingsprojecten. De ondersteuning van deze projectlijn zal gebeuren via VLAIO. De verschillende projectlijnen worden nu verder uitgewerkt en voorzien van een exacte timing, projectomschrijving en governance. Per projectlijn wordt er een beperkt projectteam samengesteld met inbreng van de verschillende partners in het relanceplan.
- Nieuwe erkende jeugdvereniging: Sportpret vzw
Vlaanderen heeft 9 nieuwe jeugdverenigingen erkend. Het gaat om 5 landelijk georganiseerde jeugdverenigingen, 3 cultuureducatieve verenigingen en 1 vereniging informatie en participatie. Ze worden erkend voor onbepaalde duur en ontvangen vanaf 2021 jaarlijks een subsidie van 80.000 euro. De komende weken pikken we telkens één nieuwe jeugdvereniging uit die 9 om er dieper op in te gaan. Vandaag: Sportpret vzw. Sportpret organiseert sport- en spelactiviteiten om kwetsbare kinderen te laten kennismaken met buitenschoolse activiteiten. Tijdens het schooljaar bieden ze een naschools beweegaanbod aan in scholen waar de armoedecijfers hoog liggen en zijn er in de paas- en zomervakantie Sportpretdagen voor kinderen in armoede. Momenteel zijn ze actief in 7 steden. Het aanbod is helemaal gratis om zo laagdrempelig mogelijk te kunnen werken. “We hebben vaak kinderen die zich inschrijven voor het vakantieaanbod en komen dan vertellen dat ze nog nooit hebben deelgenomen aan een buitenschoolse activiteit. Dat geeft dan wel een enorme voldoening dat je die kinderen dat toch kan aanbieden”, aldus oprichter Aïlan Iriks-Bickx. Een belangrijk aspect voor Sportpret is dat ze een toeleiding willen geven naar het reguliere vrijetijdsaanbod. “We proberen een proces te genereren, waarbij we onze kinderen eerst proberen stimuleren om ze nadien te kunnen doorverwijzen naar een reguliere sport- of hobbyclub. Om dit mogelijk te maken, kunnen we beroep doen op zo’n 40-tal armoedeorganisaties waarmee we nauw samenwerken.” Nu Sportpret erkend is als jeugdvereniging door de Vlaamse overheid, kunnen ze jaarlijks beroep doen op subsidies. “Voor ons was dat een noodzakelijke stap om Sportpret te kunnen uitbouwen”, zegt Aïlan. “Ik ben pas vorig jaar afgestudeerd en verder hebben we geen inkomsten omdat we net ons aanbod gratis willen geven. We zijn afhankelijk van externe financiering of sponsorgiften. Dankzij de subsidie is het mogelijk om de organisatie nog verder uit te breiden en om nog meer kinderen het plezier van sport en spel te laten ontdekken.” Meer info vind je op https://vzwsportpret.be/


















