Zoekresultaten
599 resultaten gevonden met een lege zoekopdracht
- Jeugd- en kinderrechtenbeleid op een kantelpunt in 2024!
Als minister van Jeugd heb ik met eigen ogen de daad- en veerkracht van de Vlaamse jongeren mogen aanschouwen, onder meer tijdens de moeilijke coronajaren. Intussen staat het laatste jaar van deze legislatuur voor de deur. Een jaar waarin we nog veel zullen realiseren voor de Vlaamse jeugd, zoals de invoering van het geïntegreerde Jeugddecreet en het Europees Voorzitterschap voor Jeugd. Een ongeziene verhoging van de middelen voor Jeugd maakt het mogelijk om de ambities waar te maken. Bij het ingaan van 2024, het laatste jaar van deze legislatuur, staat het jeugd- en kinderrechtenbeleid in Vlaanderen en Brussel op een kantelpunt. Dat is te danken aan de invoering van het nieuwe geïntegreerd Jeugddecreet. Dit decreet biedt meer vertrouwen aan jeugdwerkers en zal resulteren in de verdere professionalisering van de sector. Zo kunnen de jongeren in het jeugdwerk zich concentreren op datgene waar ze goed in zijn: bruisende activiteiten organiseren voor kinderen en jongeren. Het Jeugddecreet zet ook extra in op jeugdwerk voor bijzondere doelgroepen. Het decreet treedt in werking vanaf 2024, waarbij de eerste erkenningen op basis van dit decreet van start gaan in 2025 en 2026. Ik ben zeer verheugd dat deze start ook gepaard gaat met een significante, structurele stijging van de middelen binnen de jeugdbegroting. Vanaf 2024 neemt het budget structureel toe met 6 miljoen euro. Deze middelen moeten toelaten om de jeugdorganisaties, die we met het nieuwe Jeugddecreet ondersteunen, financiële ruimte bieden om hun capaciteit uit te breiden en de Vlaamse en Brusselse jongeren maximaal te bereiken. Verder maken we in 2024 een bedrag van 4 miljoen euro vrij voor jeugdinfrastructuur, aanvullend op het eenmalig budget van 5 miljoen euro dat in 2023 beschikbaar was. 2024 is bovendien het laatste jaar van het Jeugd- en Kinderrechtenbeleidsplan (JKP). Het wordt een jaar waarin nog heel wat acties lopen om de uitdagingen in de leefwereld van kinderen en jongeren aan te pakken. Het is daarnaast mijn ambitie om goede praktijken mee te nemen naar de toekomst. We werken ook aan een eindrapport, en blikken al vooruit: we starten met de voorbereidende werkzaamheden voor een nieuw JKP in de volgende legislatuur. De eerste helft van 2024 zal ook veel aandacht uitgaan naar het Europees Voorzitterschap, waar ik voor Jeugd het voorzitterschap op mij neem. Er staan heel wat beleidswerk en evenementen op de planning, om ook binnen Europa de kracht van het jeugdwerk in het leven van kinderen en jongeren aantoonbaar te maken. Ik wil ook werk maken van een betere afstemming tussen de verschillende Europese initiatieven. Alleen zo kunnen we komen tot een Europese Unie van, voor en met kinderen en jongeren. De wetenschappelijke onderbouwing is een van de fundamenten van een toonaangevend jeugd- en kinderrechtenbeleid. In 2024 maak ik de resultaten bekend van de grootschalige bevragingen die het Jeugdonderzoeksplatform (JOP) in 2023 bij heel wat kinderen en jongeren in Vlaanderen en Brussel afnam. Deze zullen ongetwijfeld voor heel wat inspiratie en verdere opvolging zorgen. Hoewel de afgelopen jaren niet altijd evident waren, heeft onze Vlaamse jeugd zich altijd enorm weerbaar en daadkrachtig getoond. Met een nieuw wetgevend kader en een significant verhoogd budget hebben we hopelijk de fundamenten gelegd om die daadkracht ook in de toekomst alle kansen te geven. Benjamin Dalle Vlaams minister van Jeugd Lees hier de volledige beleids- en begrotingstoelichting voor Jeugd in 2024:
- Wetenschappelijke studie brengt dak- en thuisloosheid in Vlaanderen in kaart
Voor het eerst biedt een studie een wetenschappelijk onderbouwde inschatting van het totaal aantal dak- en thuislozen: 19.547 mensen in Vlaanderen hebben geen vaste woonst. Dat cijfer is het resultaat van de extrapolatie van verschillende metingen naar het aantal dak- en thuislozen tussen 2020 en 2022. Uit de cijfers blijkt onder meer dat de groep dak- en thuislozen veel verschillende onderverdelingen kent, en dat een kwart onder hen minderjarig is. Het aanpakken van dak- en thuisloosheid, een van de meest schrijnende vormen van sociale uitsluiting, is een van de prioriteiten op vlak van armoedebestrijding. Tot voor kort ontbrak het beleidsmakers en organisaties op het terrein aan betrouwbaar cijfermateriaal, wat het moeilijk maakte om concrete acties te ondernemen en verantwoordelijkheden vast te stellen. Kwalitatief en betrouwbaar cijfermateriaal is een belangrijke voorwaarde voor een doelgericht beleid inzake armoedebestrijding. Om de problematiek van dak- en thuisloosheid beter te begrijpen, voeren de Koning Boudewijnstichting en de onderzoeksteams LUCAS KU Leuven en UCLouvain Cirtes al sinds 2020 metingen uit naar het aantal dak- en thuislozen. Voor Vlaanderen werden de tellingen in 2022 mee ondersteund vanuit de Vlaamse overheid. De studie had als doel een wetenschappelijk onderbouwde extrapolatie te maken van het aantal dak- en thuislozen in heel Vlaanderen. Er werd geteld in de regio's Middenkust, arrondissement Brugge, Midwest, Boom-Mechelen-Lier, Waasland en de zorgregio Kempen. De tellingen verliepen volgens de Ethos-Light typologie, een Europese manier van tellen die in België verfijnd is. Deze typologie maakt een duidelijk onderscheid in de diverse groepen dak- en thuislozen. Die opsplitsing laat toe om een veel vollediger beeld te krijgen van deze groepen, maar ook meer oplossingen op maat aan te bieden voor de specifieke groepen. Extrapolatie Op basis van deze tellingen, maar ook de tellingen uit 2021 en 2020, werd beslist om een extrapolatie voor heel Vlaanderen te maken. Deze extrapolatie is nu klaar. Dat betekent dat er voor het eerst een wetenschappelijk onderbouwde inschatting kan gemaakt worden van het aantal dak- en thuislozen in heel Vlaanderen, en in welke vorm van dak- en thuisloosheid ze zich bevinden. De extrapolatie toont aan dat 19.547 mensen in Vlaanderen dak- of thuisloos zijn. 41% onder hen is jonger dan 30, in meer dan een vierde van de gevallen (5.707) gaat het om minderjarige kinderen. Een derde is vrouw. Slechts een kleine minderheid (681) van deze mensen verblijft in de openbare ruimte. De overgrote meerderheid verblijft bij familie of vrienden (6.782), in opvang of tijdelijk verblijf (4.802) of in een woning waar hij of zij geconfronteerd wordt met een dreigende uithuiszetting (2.322). Dit beeld zal de komende jaren nog verder verfijnd worden met cijfers van nieuwe tellingen. Zo vindt er in het najaar van 2023 nog een telling plaats in Antwerpen. Op langere termijn zullen ook evoluties zichtbaar worden. Maatregelen Dit onderzoek is een belangrijke stap voorwaarts in het begrijpen van dak- en thuisloosheid in Vlaanderen en dient als basis voor gerichte maatregelen om deze complexe kwestie aan te pakken. De Vlaamse regering heeft in 2020 het actieplan ter voorkoming en bestrijding van dak- en thuisloosheid 2020-2024 goedgekeurd. De acties in dit plan zijn geformuleerd rond vier strategische doelstellingen: Preventie van uithuiszetting Vermijden van dak- en thuisloosheid bij jongvolwassene Aanpak van chronische dak- en thuisloosheid Geïntegreerd beleid m.b.t. dak- en thuisloosheid Daarnaast werd, op initiatief van Vlaams minister Benjamin Dalle, de Interministeriële Conferentie (IMC) Maatschappelijke integratie, Grootstedenbeleid en Wonen na negen jaar heropgestart. Een van de prioritaire werven waar de IMC aan werkt, is de herziening van het samenwerkingsakkoord inzake dak- en thuisloosheid tussen de federale Staat en de Gemeenschappen en Gewesten van 12 mei 2014. Dit akkoord is gericht op betere afspraken tussen de beleidsniveaus en een permanente opvolging en dialoog. Op basis van deze cijfers wil minister Dalle ook bijkomende stappen nemen in de strijd tegen dak- en thuisloosheid. Mensen in dak- en thuisloosheid verkeren immers in een extreme vorm van armoede. Dak- en thuisloosheid kost de samenleving ook handenvol geld én talent. Extreme armoede belemmert mensen om volwaardig deel uit te maken van- en bij te dragen aan de samenleving. Huisvesting als eerste stap Daarom investeert minister Dalle ook volgend jaar verder in begeleiding van dak- en thuislozen via Housing First. Deze aanpak omvat een innovatieve aanpak van het probleem en ziet huisvesting niet als het einddoel, maar als een eerste, noodzakelijke stap. Het hebben van een vaste woning en de daarmee gepaard gaande privacy, rust en veiligheid, motiveert bewoners om hun woning te behouden en om aan andere problemen te werken. Ze worden intensief begeleid in het behandelen van hun problemen inzake fysieke of mentale gezondheid of hun verslavingsproblematiek. Minister Dalle maakt hier in 2023 en 2024 zo’n 970.000 euro voor vrij. Een ander belangrijk element is preventieve woonbegeleiding. Uit de cijfers blijkt immers dat een groot deel van de groep dak- en thuislozen mensen betreft die te maken krijgen met een acute situatie van dreigende uithuiszetting. Hierbij is het beter om te voorkomen dan genezen. Minister Dalle wil in de komende maanden samen met Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits en CAW Groep nieuwe projecten uitrollen die op effectieve wijze ervoor zorgen dat uithuiszettingen zoveel mogelijk vermeden kunnen worden. Tot slot zijn deze tellingen slechts een begin. Minister Dalle blijft ook de komende jaren verder investeren in tellingen, om de cijfers die we nu hebben verder te verfijnen. Er volgen nieuwe tellingen in de verschillende regio’s van Vlaanderen, in samenwerking met het Interfederaal Steunpunt tot Bestrijding van Armoede en de expertise van de huidige partners zoals het team van professor Hermans aan de KULeuven en de Koning Boudewijnstichting. Vlaams minister van Armoedebestrijding Benjamin Dalle: “Dankzij deze extrapolatie beschikken we voor het eerst over betrouwbare cijfers rond dak- en thuisloosheid, een schrijnend fenomeen van cruciale uitsluiting. Deze tellingen bieden ons alle nodige gegevens om zowel in heel Vlaanderen als op lokaal niveau een meer gericht beleid te voeren in de strijd tegen dak- en thuisloosheid.” Koen Hermans, professor aan de Katholieke Universiteit Leuven: “Het is de eerste keer dat we een wetenschappelijke onderbouwde schatting kunnen maken van het aantal dak- en thuisloze volwassenen en kinderen in Vlaanderen. Dit laat toe om op Vlaams niveau een gesofisticeerd beleid te voeren om dak- en thuisloosheid aan te pakken en te voorkomen. Het actualiseren van deze schatting maakt het mogelijk om de problematiek ook in de toekomst te kunnen monitoren.” Bart Claes, Algemeen Directeur CAW Groep: “De beste manier om dakloosheid aan te pakken, is dakloosheid voorkomen. Dat zou ons als maatschappij veel besparen. Zo kan preventieve woonbegeleiding vermijden dat mensen uit hun huis worden gezet. We zien nu ook dat de groep mensen die dak- en thuisloos wordt, jaarlijks groeit en zeer divers is. Het gaat ook om jongeren, ouders met jonge kinderen, mensen die erg verward zijn of psychische problemen hebben of met een verslavingsproblematiek kampen. Een divers publiek vraagt meer diversiteit in specifieke woonvormen op maat. Dat betekent dat we moeten investeren in meer diverse woonvormen voor dak- en thuislozen.” Lees hier de volledige studie:
- Met volle overtuiging verder voor Brussel!
Ik blijf ook in dit laatste jaar van deze legislatuur met 100% engagement en volle overtuiging werken voor Brussel. Een stad maak je niet zelf, maar samen met de mensen. Een van de speerpunten van mijn Brusselbeleid is dan ook het ondersteunen en met elkaar in verbinding brengen van de vele Vlaams-Brusselse organisaties in de stad. Ook de positie van het Nederlands versterken, blijft een belangrijke ambitie. Tijdens deze legislatuur werden we geconfronteerd met moeilijke coronajaren, we dienden af te rekenen met een ongeziene inflatie, en de energiecrisis en oorlog in Oekraïne woeden nog steeds. Toch slaagde ik erin om mijn Brusselbeleid te versterken en toegankelijker te maken. Via initiatieven als de Trefdag versterkte ik de uitwisseling en verbinding tussen onze Vlaams-Brusselse organisaties. Daarnaast werden de Projecten voor Brussel omgevormd tot Polsslag Brussel en stelde ik een richtlijnenkader voor het Vlaams Brusselfonds op. Vandaag doen Vlaamse organisaties in Brussel succesvol beroep op de ondersteuning van het Vlaams Brusselfonds of Polsslag Brussel. In 2024 versterken we opnieuw Polsslag Brussel en het Vlaams Brusselfonds. De lijst van realisaties sinds 2 oktober 2019 is lang en zal het komende jaar nog langer worden, net zoals de initiatieven om het werkveld samen te brengen. Het belang van het Nederlands in een meertalige hoofdstad staat als een paal boven water. In 2024 staat er onder andere een projectoproep op het programma, die gericht is op het versterken van Brusselse jongeren via het Nederlands. Het Huis van het Nederlands Brussel zet haar taalpromotie- en oefenkansenbeleid verder met de tweede golf van een brede wervingscampagne. Bovendien gaan we aan de slag met de aanbevelingen uit het onderzoeksproject ‘Brusselse taalleerders’ van het Huis. Daaruit blijkt de nood aan meer spreekkansen Nederlands en een perspectief voor meer succesvolle NT2-trajecten. In het voorjaar van 2024 zal ik de vijfde taalbarometer voorstellen en publiceer ik samen met de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) een nieuw rapport van de Gemengde Ambtelijke Commissie Brussel (GACB). Samen met het cijferboek “Blik op Brussel” vormen deze documenten de eerste stap waarmee ik de Brusselse blinde vlek in het Vlaamse cijferlandschap wil wegwerken. Het is immers mijn ambitie om een permanente online cijferdatabank te bouwen. In 2024 zal mijn administratie starten met de achterliggende data-infrastructuur en het ontwerp van de webpagina’s die het brede publiek te zien zal krijgen bij het raadplegen van de databank. Ten slotte blijf ik ijveren voor voldoende aandacht van de andere Vlaamse ministers voor onze hoofdstad. Ook in de andere bevoegdheidsdomeinen is er immers nood aan extra aandacht over de impact van het Vlaams beleid voor Brussel. Ik sla ook een brug naar de andere regeringen en besturen die in Brussel bevoegd zijn. Alleen door samenwerking maken we van Brussel een betere stad. Benjamin Dalle Vlaams minister voor Brussel Lees hier de volledige beleids- en begrotingstoelichting voor Brussel in 2024:
- Kinderrechten verdedig je altijd (of nooit)
Niemand kan vandaag blind zijn voor de vreselijke gebeurtenissen die zich afspelen in de Gazastrook. De situatie is compleet onmenselijk voor iedereen die er verblijft, maar de situatie van de kinderen doet echt naar adem happen. Deze opinie verscheen op 7 november in De Standaard. "Gaza's children face catastrofe as death toll nears 4000, UN warns", kopte The Guardian dit weekend. Na meer dan vier weken oorlog stellen de Verenigde Naties vast dat meer dan 40 (!) procent van de doden in Gaza kinderen waren. De kaap van de 4.000 is intussen al overschreden: er zijn al 4.104 gerapporteerde overlijdens van kinderen, en nog eens 1.250 kinderen vermist of begraven onder gebombardeerde gebouwen. Eerder bleek dat elke dag meer dan vierhonderd kinderen worden gedood of gewond raken in Gaza. De cijfers verwijzen het Israëlisch discours, dat hun militaire actie gericht is op Hamas, naar het rijk der fabelen. Die cijfers zijn shockerend, onaanvaardbaar en ongezien. En achter ieder individueel geval zit een tragedie. Op de sociale media zie je overal hartverscheurende beelden van (zwaar)gewonde en huilende kinderen, wanhopige ouders en rouwende families. Ik was erg onder de indruk van het getuigenis van kinderarts Tanya Haj-Hassan (Artsen Zonder Grenzen), die op de BBC sprak over de situatie in de ziekenhuizen in Gaza. Ze vertelde dat het volledige ziekenhuissysteem is ingestort en dat bombardementen gericht zijn op zorgvoorzieningen, ambulances, en dichtbevolkte vluchtelingenkampen. Ze heeft het over een lawine van menselijk leed zonder voorgaande. Haj-Hassan vertelde het verhaal van een gewond meisje van 10 jaar dat naar een dokter kwam met een blad met 27 namen erop. Het meisje zei: ‘Dit zijn mijn familieleden die bij mij thuis waren. Alsjeblieft, zoek hen onder het puin.’ Daarna wees ze naar de naam van haar zus: ‘Zoek niet naar haar. Ik weet dat zij al dood is.’ In de Gazastrook is er nu een nieuwe afkorting: WCNSF. Die staat voor Wounded Child, No Surviving Family. Dat vijfletterwoord wordt de laatste drie weken frequent gebruikt. Het is een term die niet zou mogen bestaan. Dubbele standaard Europa en de Verenigde Staten hebben terecht de vreselijke terreurdaden van Hamas aangeklaagd en streng veroordeeld. De afgelopen weken hoorden we echter veel minder westerse kritiek op de wandaden van Israël in Gaza. De veel te onvoorwaardelijke steun aan Israël knaagt aan onze internationale geloofwaardigheid en maakt ons medeplichtig. ‘Moeten we hieruit begrijpen dat het verkeerd is om een hele familie met een geweer te vermoorden, maar dat het oké is om ze dood te bombarderen?’, vroeg de Jordaanse Koningin Rania zich af in een interview met CNN. Volgens haar hanteert het Westen een ‘schreeuwende’ dubbele standaard. Het verschil met de oorlog in Oekraïne is groot. Alle registers werden – terecht – opengetrokken toen Rusland het internationaal recht schond en Oekraïne aanviel. Maar nu Israël de Gazastrook bombardeert en inwoners afsluit van basisvoorzieningen, heerst de passiviteit. Het verweer luidt dan dat de Russische inval volgens het oorlogsrecht (het ius ad bellum, dat handelt over de toelaatbaarheid van oorlog) illegaal was en dat Israël wel degelijk militair mocht reageren. Maar Israël moet daarbij wel het internationaal humanitair recht (het ius in bello, het recht dat geldt tijdens een oorlog) respecteren. Dat doet het manifest niet. De basisregel van het internationaal humanitair recht is dat de partijen betrokken bij een conflict in alle omstandigheden het onderscheid maken tussen burgers en strijders om de burgerbevolking te sparen. Aanvallen mogen uitsluitend op militaire doelen worden gericht. Talloze berichten van het terrein tonen aan dat Israël die basisregel manifest met de voeten treedt. De cijfers over getroffen kinderen tonen dat pijnlijk helder aan. Staak het vuren, respecteer de mensen- en kinderrechten Het conflict tussen Israël en Palestina is een uitzonderlijk complex probleem, dat genuanceerd moet worden benaderd en waarbij het belangrijk is om te luisteren naar alle standpunten. Luister maar eens naar wat Barack Obama eloquent stelde in een interview in de podcast Pod Save America. Eenvoudige oplossingen bestaan niet en zomaar kant kiezen helpt ons geen stap vooruit. Maar als minister van Jeugd, als vader van drie zonen en als mens, kan ik wat vandaag gebeurt in Gaza op geen enkele manier rechtvaardigen. Met welke nuance ook. Ik begrijp niet waarom wij en de andere Europese landen geen duidelijker standpunt innemen. Israël schendt het internationaal humanitair recht op massale schaal en dat moet onmiddellijk stoppen. Dat is voor de jurist die ik ben glashelder. En ook kinderen komen telkens weer tot de juiste conclusie. Enkele dagen geleden vroeg ik aan een groep kinderen die deelnamen aan Filemon, het internationaal filmfestival voor kinderen in Brussel, wat zij van politici verwachten. Hun vraag was duidelijk: ‘Stop de oorlog.’ Als het ons menens is met de mensenrechten, als we het belangrijk vinden om kinderrechten te verdedigen, dan moeten we daar consequent in zijn. En dan moeten we heldere taal spreken: stop de aanvallen, respecteer het internationaal humanitair recht en respecteer de kinderrechten. Laat het sterven van onschuldige slachtoffers stoppen. Pleit voor een wapenstilstand en werk aan oplossingen. Als Israël daar niet op ingaat, moeten alle opties overwogen worden, inclusief procedures bij het Internationaal Strafhof en strenge sancties. Vanuit mijn bevoegdheid als Vlaams minister van Jeugd en vanuit mijn verantwoordelijkheid voor de kinderrechten, roep ik alle beleidsmakers op om nú actie te ondernemen voor een wapenstilstand en een duurzame vrede. Kinderrechten verdedig je voor alle kinderen en in alle omstandigheden. Anders verlies je alle geloofwaardigheid om er nog over te spreken. Om het met de woorden van UNICEF-directeur Catherine Russel bij de VN-Veiligheidsraad te zeggen: "Children do not start conflicts, and they are powerless to stop them. They need all of us to put their safety and security at the forefront of our efforts, and to imagine a future where children are healthy, safe, and educated. No child deserves any less."
- We maken massaal de sprong naar digitale radio
Bijna de helft van het radioluisteren gebeurt digitaal Vandaag, 6 november, start de week van de digitale radio. En die digitale radio is niet meer weg te denken. Nieuwe cijfers van het tweejaarlijks onderzoek, uitgevoerd door IPSOS in opdracht van Vlaams minister van Media Benjamin Dalle, tonen aan dat Vlaanderen digitaal radioluisteren omarmt. Zo goed als de helft (49%) van het radioluisteren gebeurt vandaag via digitale weg (DAB+, het internet, digitale tv). Een mooie stijging tegenover 2021, toen digitale kanalen 41% van het luistervolume voor hun rekening namen. Met een stevige groei van 19% (2021) naar 30% trekt vooral DAB+ een steeds grotere koek van de totale luistertijd naar zich toe. DAB+ is zo de grote aanjager in de switch van FM naar digitaal. Zowel thuis, op het werk, maar vooral ook in de auto - met een opvallende stijging van 34% naar 48% - wordt steeds meer DAB+ geluisterd. De gezamenlijke inspanningen van mediahuizen DPG Media, VRT en Mediahuis, een aantal lokale radiozenders en Vlaams minister van Media Benjamin Dalle om het radiolandschap te digitaliseren werpen duidelijk hun vruchten af. Samen zetten ze door middel van technologie, content en communicatie Vlaanderen aan om de sprong naar digitaal luisteren te maken. Zo lanceren de Vlaamse mediahuizen met succes ‘digital only radiozenders’ en zetten ze hun FM-kanalen stevig in om digitale luistermogelijkheden in de markt te zetten en te promoten. De overheid zet op haar beurt in op de digitalisering van het radiolandschap door de verplichting om nieuwe wagens uit te rusten met DAB+. Ook moet elk nieuw radiotoestel dat sinds dit jaar in Vlaanderen verkocht wordt digitaal luisteren mogelijk maken. Benjamin Dalle, Vlaams minister van Media: “Samen met de sector werken we al geruime tijd hard aan de digitalisering van de radio. We hebben al verschillende maatregelen genomen om digitale radio te stimuleren. Denk maar aan de verplichting voor radio-apparatuur om digitale radiosignalen te kunnen ontvangen, of het belang van digitalisering bij de erkenning van drie landelijke FM-frequenties. Ik ben dan ook tevreden om te zien dat de inspanningen hun vruchten afwerpen. We treden pas echt het digitale radiolandschap binnen als ook de luisteraar volgt, en dat blijkt effectief het geval te zijn. Zowel de bekendheid als het gebruik van digitale radio is toegenomen, en dat over alle doelgroepen heen. Hiermee komt de afschakeling van FM-uitzendingen steeds dichterbij. Ik zet de nodige stappen om in kaart te brengen wat nodig is voor de realisatie van een kwalitatief en leefbaar digitaal radiolandschap. De resultaten van een grootschalige radiostudie die momenteel wordt uitgevoerd, zullen hiervoor als basis dienen.” Els Van de Sijpe, Manager VRT Radio en Audio: "Onze gezamenlijke inspanningen om de troeven van digitaal luisteren in de verf te zetten lonen. Samen werken we aan een sterk radio-en audiolandschap in Vlaanderen en Brussel en het doet deugd te zien dat ook de luisteraars het rijker aanbod ontdekken en waarderen. Naast onze hoofdmerken op DAB+, Radio 1, Radio2, Studio Brussel, Klara en MNM bouwden we het afgelopen jaar onze non-stop streams Radio2 BeneBene en VRT De Tijdloze uit tot volwaardige digitale radio’s op DAB+ en op VRT MAX. Door een voortdurende wisselwerking met de hoofdzenders, acties, creatieve communicatiecampagnes en doorverwijsmomenten vinden onze luisteraars steeds beter hun weg naar dat extra digitaal aanbod. We zorgen ook met de andere digitale kanalen zoals VRT NWS, Klara Continuo en MNM Hits voor een dergelijke kruisbestuiving. Op die manier kunnen we elke doelgroep warm maken voor een digitale bestemming waar je naast de sterk beluisterde gekende radiozenders ook nieuw ander interessant aanbod vindt. In welke mood je ook bent, voor elk moment van de dag en volgens jouw smaak. Zo kunnen de liefhebbers van klassiekers en evergreens deze week terecht bij Radio2 BeneBene voor de eerste editie van de Evergreen 1000." Dirk Lodewyckx, Algemeen Directeur TV, Streaming en Radio, DPG Media: "Het is fijn te zien dat steeds meer mensen de weg naar digitale radio hebben gevonden. Dat digitaal luisteren geen fenomeen in de marge meer is, bewijst de groei van de digitale zenders. Mooi voorbeeld is onze digital only zender Willy, samen met themazender Willy Class X goed voor 3,1% marktaandeel. Daarnaast gooien ook onze FM-zenders Qmusic en Joe hoge ogen en trekken ze steeds meer luisteraars in het digitale landschap met digitale themazenders als Q-Foute Radio, Q-Maximum Hits, Joe Lage Landen of Joe 60’s & 70’s. In het digitale radiolandschap is er voor iedere luisteraar wat wils, op elk moment van de dag en voor iedere mood. En dat valt duidelijk steeds meer in de smaak." Tom Klerkx, Algemeen Directeur Mediahuis Radio: “We zijn verheugd met deze zeer positieve resultaten. We voelden al dat de omslag naar digitaal luisteren steeds meer gemaakt wordt in Vlaanderen en dit onderzoek bevestigt die groeiende trend. De samenwerking van de hele radiosector om de luisteraars via krachtige communicatie én een sterker aanbod te begeleiden van analoog naar digitaal luisteren, werpt dus zijn vruchten af. Dat is erg hoopgevend voor de toekomst van ons fijne medium. Bij Mediahuis geloven we erg in de kracht van een sterk digitaal aanbod, met naast onze hoofdstations Play Nostalgie en Nostalgie+, ook nog specifieke online producten zoals Play Nostalgie 80’s of Play Nostalgie Benepop, met de beste muziek uit de Lage Landen. Daarnaast kiezen we ervoor om flexibel te zijn en geregeld te verrassen met een extra digitaal station, zo hebben we zopas Play Nostalgie Disney in het leven geroepen, om nu al in de juiste sfeer te komen voor een betoverende kerst. Nu en in de toekomst blijven we hierop inzetten om de radiomarkt nog verder te digitaliseren.” De digitalisering van het radiolandschap is een succes: de cijfers op een rijtje Zo goed als de helft (49% luistervolume) van het radioluisteren gebeurt vandaag via digitale weg (DAB+, internet of digitale tv). In 2021 was dat nog 41%. Met een flinke stijging van 19% (in 2021) naar 30% luistervolume is DAB+ als vervanger van FM voor frequent en lang luisteren de grote driver in de digitale switch. DAB+ luistergedrag is dan ook een kopie geworden van het FM-luistergedrag. Zowel thuis, op het werk als in de auto wordt steeds meer DAB+ geluisterd. In de wagen stijgt het DAB+ luisteren het spectaculairst: van 34% naar 48% luistervolume. De verplichting van de Europese Unie om vanaf 2020/2021 nieuwe wagens met DAB+ uit te rusten is hierin een katalysator. De spontane bekendheid van digitaal radio luisteren zit in de lift, en dat voor alle leeftijdsgroepen. Intussen kent 85% een vorm van digitaal luisteren. In de leeftijdsgroep van 25 tot 44 jaar verloopt al 60% van de totale luistertijd digitaal, in de leeftijdsgroep van 18 tot 54 jaar al 56%. Enkel de 65-plussers blijven met een luistervolume van 32% nog wat achter. Waar twee jaar geleden 40% van de Vlamingen een DAB+ toestel had, is dit vandaag de dag 52%. Inspanning in de retailsector en de verplichting om nieuwe toestellen van een digitale aansluiting te voorzien leveren resultaat.
- Groen licht voor 10 nieuwe projecten voor jeugdinfrastructuur
Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle investeert opnieuw fors in jeugdinfrastructuur. Dankzij een subsidie van in totaal 1,38 miljoen euro krijgen tien grote infrastructuurprojecten voor kinderen en jongeren over heel Vlaanderen groen licht. De goedgekeurde dossiers gaan van nieuwbouwprojecten tot energetische renovaties, die ervoor zorgen dat de jongeren terecht kunnen in gezonde en comfortabele ruimtes. De Charleroyhoeve in Grimbergen, een van de jeugdsites De subsidies worden uitgereikt in het kader van de jaarlijkse oproep voor sectorale investeringssubsidies voor bovenlokale cultuur- en jeugdinfrastructuur van het departement Cultuur, Jeugd en Media. De jaarlijkse oproep is specifiek gericht op infrastructuurprojecten. De aanvragers moesten aantonen dat hun project beantwoordt aan een van de volgende criteria: duurzaamheid, veiligheid of integrale toegankelijkheid. Het zijn allemaal bovenlokale projecten, wat wil zeggen dat de infrastructuur ter beschikking staat van een werking voor kinderen en jongeren afkomstig uit meerdere gemeenten. Er werden in totaal 23 projecten ingediend. 10 daarvan kregen, na positief advies van de beoordelingscommissie van het Departement Cultuur, Jeugd en Media, een subsidie toegekend. Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle: “Kinderen en jongeren hebben in de eerste plaats ruimte nodig om samen te komen en zichzelf te ontplooien. Degelijke infrastructuur kan daarbij niet ontbreken. We willen ervoor zorgen dat jongeren over heel Vlaanderen terecht kunnen in eigentijdse, kwalitatieve en duurzame gebouwen. Deze investering draagt bij aan die ambitie.” In totaal maakt de Vlaamse Regering 1,38 miljoen euro vrij, verdeeld over volgende tien projecten: De betrokken vereniging of lokale besturen dragen zelf ook bij aan de financiering. Alle aanvragers zullen in de loop van volgende week officieel op de hoogte gesteld worden van de beslissingen door het Departement Cultuur, Jeugd en Media. Meer info over de tien projecten Grimbergen – Charleroyhoeve De site Charleroyhoeve heeft een bovenlokale werking in de bestaande ruimtes: verschillende muziek-, cultuur- en sportverenigingen met bovenlokale ambities ontplooien er vanuit de gemeente hun werking voor georganiseerde en niet-georganiseerde jeugd. De zalen op het gelijkvloers en de eerste verdieping van het gebouw krijgen een polyvalent gebruik: bijvoorbeeld voor extra repetitieruimte of kleinschalige optredens van lokale verenigingen, een bovenlokale natuurvereniging of organisaties die werken rond begeleiding van jongeren. De bestaande infrastructuur wordt optimaal aangepast, gerenoveerd en heropgebouwd om een integrale site te ontwikkelen. Deze renovatie van een historisch pand houdt rekening met erfgoed en natuur, en zet tegelijk in op verbeteringen voor energie-efficiëntie. Er wordt gezorgd voor toegankelijkheid van het totale parcours naar en in het gebouw KLJ Wij Bouwen Mee – Jeugdlokalen KLJ Dit project omvat de vernieuwbouw van de KLJ-jeugdlokalen in Evergem. De nieuwe lokalen huisvesten in hoofdzaak de KLJ met 130 leden. Door een circulair, CO²-neutraal en modulair ontwerp wil de jeugdbeweging inspelen op toekomstige noden in de jeugdwerking met het oog op de groei van jeugdwerking in de gemeente, delen van infrastructuur: naar andere jeugdbewegingen, voor weekend en zomerverhuur, voor gewestactiviteiten KLJ, voor scholen, blokruimte, …. De KLJ werkt dankzij de innovatieve gridstructuur met een gefaseerde realisatie van water- en winddichte ruwbouw gevolgd door een gefaseerde afwerking. Cinematiq – De Wildernis in Kortrijk Cinematiq bouwt een circulair gebouw, dat de drie bestaande gebouwtjes op de site vervangt. Enkele duurzame maatregelen springen in het oog, zoals een circulaire schroefpaalfundering, het gebruik van regenwateropslag voor keuken en sanitair, en de modernisering van de elektriciteit, inclusief batterijopslag. De reeds aanwezige materialen zullen hergebruikt worden en de draagstructuur zal bestaan uit materiaal gerecupereerd uit een bestaand paviljoen. Het gebouw zal zodanig ingepland worden dat de bestaande boombeplanting niet wordt aangetast. Chiro Retie – Lokalen Chiro meisjes Chiro Retie bouwt nieuwe chirolokalen, en is samen met de gemeente van start gegaan met een participatietraject, om een zo breed mogelijk draagvlak te creëren. De geplande nieuwbouw zal een positieve impact hebben op de jeugdwerking in Retie. Het betreft een nieuwbouw, waarbij de chirowerking inzet op een verminderde en duurzamere energievraag, en zelfs bewust geen fossiele brandstoffen meer wil gebruiken. Scouting Groot Halle – scouts Sint-Rochus en Akabe De stad Halle heeft nood aan faciliteiten voor bovenlokale werking en wil samen met Scouting Groot Halle investeren in een gedeelde infrastructuur waar de scouts en akabe-werking een vaste uitvalsbasis krijgen. 75 bijkomende bedden maken overnachting van bovenlokale verenigingen mogelijk. Er is een samenwerking met Villa Basta, Groep Intro, Uit De Marge en Habbekrats. Er wordt verhuur van de lokalen mogelijk gemaakt buiten de vaste jeugdwerking, onder meer ook aan carnavalsgroepen. De stad faciliteert verhuur aan bovenlokale verenigingen. De infrastructuur zal ook opengesteld worden aan verenigingen buiten cultuur en jeugd, vooral sport. Bijzondere aandacht gaat naar de inrichting van het gebouw voor andersvaliden. De nieuwe infrastructuur is expliciet gericht op delen, waardoor toekomstig efficiënt ruimtegebruik mogelijk wordt. Het plan voorziet in het gebruik van houtskeletbouw, ecologisch duurzame gevelafwerking, en duurzaam materiaalgebruik in de dakaanleg met EPS en EPDM. Er komt een warmtepomp met warmekrachtkoppeling, een groendak en er is aandacht voor sensibilisatie, hergebruik van water en biodiversiteit in overleg met Natuurpunt. Scouting Lint – jeugdlokalen Scouting Lint wil de toestand van zijn jeugdlokalen duurzaam verbeteren, door de buitenbekleding en ventilatie te renoveren. Bij de huidige gebouwen is de buitenbekleding rechtstreeks op de binnenmuren aangebracht, met een beperkte isolatie. Dit resulteert in vochtproblemen in de jeugdlokalen en warmteverlies. De organisatie geeft aan dat leden afhaken omwille van de slechte toestand van de infrastructuur. De geplande verbeteringen – de vervanging van de buitengevel en buitenisolatie en de installatie van een energiezuinig ventilatiesysteem – zullen een positieve impact hebben op de luchtkwaliteit van de jeugdlokalen en de energiefactuur van Scouting Lint. Jeugdtheater Ondersteboven – Gebouw op de Driegaaien De organisatie Jeugdtheater Ondersteboven vzw maakt haar gebouw energiezuiniger, onder meer door het plaatsen van onder meer bijkomende isolatie, warmtepompen en nieuwe ramen en buitenschrijnwerk. Bovendien wordt de zolderruimte brandveilig gemaakt. De voorgestelde maatregelen vloeien voort uit een energiescan die de organisatie liet uitvoeren. De maatregelen zullen bijdragen aan het verminderen van de energievraag en het gezond en comfortabel maken van de ruimtes. Gemeente Pepingen – jeugdlokalen De bouwvallige bijgebouwen naast de huidige lokalen van de plaatselijke chiro-afdeling worden vervangen door een nieuwbouwgedeelte. De infrastructuur zal ook ter beschikking staan voor overnachtingen van georganiseerde groepen (maximaal 75 dagen per jaar). Zo kan de infrastructuur ook als jeugdverblijf worden uitgebaat. Ook andere verenigingen kunnen er terecht voor hun wekelijkse activiteiten. Bouwcomité Sint-Amands – jeugdlokalen Chiro De organisatie zet met haar aanvraag voor nieuwe jeugdlokalen van de Chiro Sint-Amands in op de sectorale prioriteiten ‘Duurzaamheid’ en ‘Veiligheid’. Er is aandacht voor duurzame inplanting met betrekking tot een sterke lokale inbedding, beperkte verharding en behoud van groenruimtes, aandacht voor (het beperken van) geluidsoverlast en aandacht voor een goede ontsluiting (auto, bus, fiets). Het voorliggende project zet ook in op duurzaam watergebruik met de installatie van een regenwaterput. Gezien het om een nieuwbouw gaat, zal er op het vlak van duurzaamheid zeker een verbetering zijn wat betreft gezonde en comfortabele ruimte, een verminderde en duurzamere energievraag en zal ook het beheer van de energievraag makkelijker op te volgen zijn. Aralea vzw - Gebouwen kinderboerderij Mikerf Kinder-, jeugd- en gezinsboerderij Mikerf met speeltuin is publiek toegankelijk en ontvangt dagelijks bezoekers. Met de subsidie plant Aralea vzw een renovatie van het dak, voornamelijk op vlak van isolatie.
- Vlaams-Nederlandse mediasamenwerking actueler dan ooit
Vlaams minister van Media Benjamin Dalle was op 23 en 24 oktober te gast in het epicentrum van het Nederlandse medialandschap. Hij kreeg een rondleiding op de redacties van de Nederlandse kranten de Volkskrant en Trouw in Amsterdam, en bezocht daags nadien het Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid en het hoofdkwartier van openbare omroep NPO, in het Media Park in Hilversum. Met het bezoek versterkt Dalle de samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland op vlak van media. In 2021 besliste Vlaams minister van Media Benjamin Dalle om de samenwerkingsovereenkomst met BVN, voluit ‘het Beste van Vlaanderen en Nederland’, niet meer te verlengen. Via deze satellietzender konden Vlamingen naar Nederlandse programma’s kijken en omgekeerd. De Vlaamse Regering investeerde jaarlijks ongeveer 1 miljoen euro in dit project. “Maar wie dacht dat het afbouwen van BVN meteen ook het einde van Vlaams-Nederlandse mediasamenwerking zou betekenen, kwam bedrogen uit. Integendeel, we hebben in de voorbije jaren de inspanningen zelfs verhoogd,” zegt minister Dalle. “In plaats van BVN hebben we ervoor gekozen om de investeringen te spreiden over verschillende projecten en initiatieven, met als voornaamste doelstelling: het Vlaamse en het Nederlandse medialandschap nog dichter naar elkaar laten toegroeien, en tegelijk inspelen op technologische en maatschappelijke evoluties – denk maar aan digitalisering.” Een overzicht van de beslissingen tussen 2021 en nu: Natuurlijk spreekt het voor zich dat de openbare omroepen, respectievelijk VRT en NPO, nauw met elkaar samenwerken. Dat uit zich in vier domeinen, goed voor een investering op jaarbasis van 150.000 euro vanuit de Vlaamse regering: Contentcreatie: vanaf 2024 gaan de omroepen om het engagement aan om jaarlijks minstens twee coproducties op te zetten Contentuitwisseling: het uitwisselen van programma’s Technologie en innovatie: beide omroepen bundelen de krachten voor hun digitale aanbod. Onder meer op vlak van kinderprogrammatie (Ketnet en Ketnet Junior aan Vlaamse kant en Zappelin/Zapp bij de Nederlanders) zijn al heel wat stappen gezet. Maatschappelijke meerwaarde: de educatieve VRT-projecten STIP IT (de actie van Ketnet tegen pesten) en EDUbox (een educatief concept van VRT NWS om jongeren uit het middelbaar onderwijs te laten kennismaken met een maatschappelijk thema) krijgen een Nederlandse variant. Sinds 2021 stelt het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) jaarlijks 500.000 euro ter beschikking voor Vlaams-Nederlandse audiovisuele coproducties, podcasts en games. In 2022 besliste de Vlaamse Regering om jaarlijks 75.000 euro te investeren in het Fonds Pascal Decroos, dat deze middelen gebruikt om Vlaams-Nederlandse onderzoeksjournalistiek te stimuleren. Het is de bedoeling om nog meer in te zetten op samenwerking rond onderzoeksjournalistiek. Recent werd de Vlaams-Nederlandse Journalistenbeurs, een verzameling van beurzen die worden toegekend aan Nederlandse en Vlaamse journalisten voor diepgaand onderzoek, stopgezet vanuit Nederlandse hoek. “We willen graag, samen met Nederland, kijken naar nieuwe initiatieven om gemeenschappelijke onderzoeksjournalistiek te bevorderen”, zegt minister Dalle. Kenniscentrum Mediawijs krijgt sinds 2022 elk jaar 50.000 euro om projecten op poten te zetten die de mediawijsheid van burgers over de landsgrenzen bevorderen. Daarnaast vieren zowel Mediawijs als de Nederlandse evenknie Netwerk Mediawijsheid in 2023 een jubileum, want ze bestaan respectievelijk 10 en 15 jaar. Om dat te vieren brachten ze een gezamenlijk jubileummagazine uit en wordt er extra ingezet op kennisuitwisseling. Filmfestival Oostende kreeg vorig jaar 50.000 euro om verschillende Vlaams-Nederlandse projecten op poten te zetten, zoals de première van de Belgisch-Nederlandse coproductie ‘Arcadia’, en de organisatie van ‘Grenzeloos Netwerken’: een debat waarin filmmakers, omroepen en streamers met elkaar in gesprek gingen over de diverse mogelijkheden van samenwerkingen. In Vlaanderen werd de website persveilig.be gelanceerd, gebaseerd op het gelijknamige Nederlandse initiatief en bedoeld om de veiligheid voor Vlaamse journalisten te verbeteren. Ook omgekeerd kijkt Nederland naar Vlaanderen: zo is minister Dalle op zondag 28 oktober te zien in het Nederlandse programma Mediastorm, om er de acties tegen grensoverschrijdend gedrag in de Vlaamse mediasector toe te lichten. De aanleiding is een uitzending van Mediastorm over de Vlaamse documentaire ‘Het Proces Dat Niemand Wou’. Eerder werd met de Nederlanders info uitgewisseld over het Vlaamse actieplan tegen grensoverschrijdend gedrag in de mediasector. In Nederland werd vorige maand een gelijkaardig initiatief gelanceerd. In totaal heeft de Vlaamse Regering deze legislatuur al 1.782.500 euro geïnvesteerd in Vlaams-Nederlandse mediasamenwerking. “Een noodzakelijke investering, want deze twee regio’s zijn nauw met elkaar verbonden. Aangezien we dezelfde taal spreken, hebben we een sterke gedeelde culturele component. Het is dus in het belang van onze mediasector, en de Vlamingen en Nederlanders, om die samenwerking verder vorm te geven,” besluit minister Dalle. Amsterdam en Hilversum Om de samenwerking te stimuleren bracht minister Dalle een tweedaags bezoek aan Amsterdam en Hilversum. Op maandagavond bracht hij een bezoek aan de redacties van Trouw en de Volkskrant in Amsterdam. “Beide kranten, die als onderdeel van DPG Media ook een sterke Vlaamse link hebben, beschikken over een opvallend sterke en onafhankelijke redactie. Ik was onder de indruk van hun manier van werken en hun streven naar kwaliteit,” zegt Dalle. Opvallend: op de redactievloer van beide kranten is ook The Moscow Times gevestigd, een onafhankelijke Russische online krant met een Russische en Engelse website. Sinds de Russische inval in Oekraïne opereert deze krant, die zich kritisch uitlaat over het Russische regime, vanuit Amsterdam. Sinds de verhuis uit Rusland heeft The Moscow Times overigens meer lezers dan ooit. Dalle: “Het verhaal van The Moscow Times is indrukwekkend. De journalisten tonen elk dag opnieuw moed en doorzettingsvermogen. Ook in moeilijke en soms levensbedreigende omstandigheden willen ze aan onafhankelijke en kritische journalistiek blijven doen. Dat verdient mijn diepste respect.” Op dinsdag zette minister Dalle zijn werkreis verder in Hilversum, het kloppend media-hart van Nederland. In de voormiddag bezocht hij het Instituut voor Beeld & Geluid. Daar woonde hij een evenement bij van Kenniscentrum Mediawijs en de Nederlandse tegenhanger Netwerk Mediawijsheid. Nederlanders en Vlamingen kunnen immers heel wat van elkaar leren op het vlak van mediawijsheid. Nadien stond een bezoek aan het Mediamuseum en het uitgebreide Nederlands audiovisueel archief op het programma. In de namiddag volgde een rondleiding op de redactievloer van NPO, de Nederlandse openbare omroep. De minister had er gesprekken met onder meer Frederieke Leeflang, voorzitter van de Raad van Bestuur van NPO. “Ik stel vast dat, hoewel er ook verschillen zijn, zowel bij Vlaamse als Nederlandse media dezelfde thema’s vaak naar boven komen. Zo zoekt men ook bij NPO naar creatieve manieren om jongeren aan te spreken, een belangrijke, maar moeilijk te bereiken doelgroep. Ook bij VRT en andere Vlaamse media is dit een actueel vraagstuk. Het maakt opnieuw duidelijk dat samenwerking voor alle partijen voordelig kan zijn”, besluit Dalle.
- Good practices uit Amsterdam voor de stad van morgen
In Brussel leven we niet op een eiland. In binnen- en buitenland kunnen we leren van tal van innovatieve, creatieve projecten die aantonen hoe je bouwt aan de stad van de toekomst. Met die ambitie in het achterhoofd trok Vlaams minister van Brussel Benjamin Dalle op tweedaags werkbezoek naar Utrecht en Amsterdam. Hoe geef je een invulling aan de publieke ruimte die wijk en inwoners ten goede komt? En hoe kunnen gebouwen meer zijn dan enkel bakstenen, maar een wezenlijk en levend onderdeel van de stad? Op deze en andere vragen zocht Dalle de antwoorden in buurland Nederland. Een bezoek aan Utrecht kon niet ontbreken op het programma: met een bezoek aan RAUM wilde Dalle zien hoe men via co-creatie invulling geeft aan een plein in het midden van een nieuw stuk stad. Boeiend om te zien hoe tijdelijke projecten hier ook een plek krijgen in het uiteindelijke plan. In 2016 trof je hier – letterlijk – een diepe kuil vol zand aan. Er waren wel plannen om er een culturele bestemming aan te geven, maar een concreet plan bleef uit. Buurtbewoners, maatschappelijke en culturele organisaties sloegen de handen in elkaar om projecten van tijdelijke bezetting op poten te zetten, van installaties tot evenementen. Hoe boeiend zou het zijn om ook deze weg van tijdelijkheid, participatie en co-creatie te gebruiken bij de invulling van wat onze nieuwe culturele pool in het park van Laken moet worden, het Amerikaans Theater 2.0. “RAUM is een pioniersproject in wat we ‘creative placemaking’ noemen. Het unieke aan dit project is hoe ervoor gezorgd werd dat de tijdelijke projecten niet zomaar ten grave werden gedragen bij de realisatie van het uiteindelijke project. Inzetten op co-creatie en mensen laten experimenteren is één ding, de geslaagde experimenten ook een permanente plek aanbieden is nog iets anders. Een mooie ambitie waarop ze hier in Utrecht enorm op inzetten”, zegt Dalle. Dat inzicht biedt kansen voor Brussel: “Ook in Brussel kennen we projecten van tijdelijke invulling – denk maar aan het mooie werk van vzw Toestand in Allee du Kaai, aan de Ninoofsepoort. Alleen ging de verfrissende dynamiek die het werk van Toestand teweeg bracht, na de tijdelijke activatie grotendeels verloren. Intussen zet Toestand nieuwe tijdelijke projecten op, zoals aan het Westpark in Sint-Jans-Molenbeek, in afwachting van de herbestemming ervan. Het is de bedoeling om de good practices nu wel een echte rol te geven in het eindresultaat. RAUM kan ook hen misschien inspireren.” Broedplaatsen Op maandag kreeg de werkreis een vervolg in de hoofdstad Amsterdam, met als focus: de Amsterdamse Broedplaatsen. In 2022 ging minister Dalle in Brussel van start met het concept ‘Broedplekken’: organisaties die letterlijk ruimte met elkaar delen en hierdoor nauw met elkaar samenwerken. Zo ontstaan er nieuwe ideeën en creatieve synergiën, en brokkelen de muurtjes tussen organisaties, sectoren en vooral mensen langzaam maar zeker af. De Broedplekken zijn echter een Brussels concept. In Amsterdam gingen stadsmakers al meer dan 20 jaar geleden met hun idee aan de slag. Zij noemen het ‘Broedplaatsen’. Dalle: “Al is er wat verschil tussen onze Broedplekken en de Amsterdamse Broedplaatsen. In Nederland geeft men een hoofdzakelijk creatieve en culturele invulling aan leegstaande gebouwen (en gebouwen in transitie) om wijken op te waarderen. Bij ons starten de Broedplekken niet per se vanuit leegstaande gebouwen – het kan net zo goed zijn dat een organisatie haar plek openstelt en andere organisaties mee ‘in huis’ neemt om er zo samen een Broedplek van te maken. Bovendien leggen de Brusselse Broedplekken een bredere en maatschappelijkere scope. Zo leggen we naast kunst en cultuur ook sterk een focus op welzijn.” Verschillende Nederlandse Broedplaatsen stonden op het programma: het Ramses Shaffy Huis en Broedplaats Costa Rica, Urban Resort (gespecialiseerd in broedplekbeheer, een organisatie die leegstaande panden huurt om er Broedplaatsen van te maken) en de Broedplaatsen De Vlugt, Art City, NDSM en MACA. Een boeiende mix van plaatsen die kunstenaars en creatieve makers een betaalbare werkplek bieden. Ze worden hier ook sterk aangemoedigd om samen te werken en gebruik te maken van de gemeenschappelijke ruimtes om met het publiek en met elkaar om te gaan. De broedplaatsbeheerders zorgen voor de nodige omkadering zodat de makers zich kunnen focussen op hun creatief en artistiek proces. Een ongelooflijk fascinerende plek die ontstaan is vanuit de Amsterdamse krakersbeweging en die dat belang van toegankelijke plek voor wie dit nodig heeft, sterk probeert te beschermen in deze nieuwe woonwijk die volop in ontwikkeling is. Minister Dalle ontmoette ook Bart de Zwart. Deze onderzoeker, verbonden aan de Fontys Hogeschool Economie en Communicatie, voerde uitgebreid onderzoek naar de maatschappelijke meerwaarde van de Broedplaatsen in Nederland. Hij concludeerde onder meer dat deze creatieve manier van ruimte delen bijdraagt aan welvaartsontwikkeling, kansenongelijkheid terugdringt en bevolkingsgroepen met elkaar verbindt. Bart de Zwart: “De Broedplaatsen hebben niet alleen een functie als betaalbare huisvesting voor kunstenaars en de creatieve industrie, maar dragen ook bij aan het innovatieve ‘ecosysteem’ van de stad. Vandaag de dag zien we echter dat broedplaatsen door het aantrekken van de vastgoedmarkt onder druk staan. Dat is jammer, want broedplaatsen hebben naast een culturele waarde, ook een grote sociale, ruimtelijke en economische potentie.” NDSM Het orgelpunt van de reis was het bezoek aan NDSM Amsterdam Noord: een indrukwekkende oude scheepswerf die in de jaren tachtig de deuren sloot, en zo ruimte creëerde voor een creatieve invulling. Het heeft geleid tot een geheel nieuwe woon-, werk- en ontspanningswijk. Alleen al het ‘underground’-karakter maakt deze wijk een bezoekje waard. NDSM groeide uit tot een onmisbare culturele vrijplaats voor én van de stad Amsterdam. Dalle was onder de indruk van wat hij te zien kreeg: “Deze unieke wijk geeft een goed beeld van wat we ook in Brussel met ‘wegstervende’ wijken kunnen doen. Vergeten, verloederde gebieden een nieuwe impuls geven door te vertrekken vanuit co-creatie en ownership voor de mensen die erbij betrokken zijn. Het is volgens mij de manier om onze stad vorm te geven, in plaats van als overheid boven de hoofden van de inwoners te beslissen wat het moet worden.”
- Benjamin Dalle en Bianca Debaets trekken in 2024 de Brusselse lijsten voor cd&v
Op advies van voorzitter Sammy Mahdi en het nationale lijstvormingscomité heeft de nationale partijraad van cd&v gisteravond haar goedkeuring gegeven aan de lijsttrekkers voor de verkiezingen van juni 2024. Voor Brussel zijn dit Benjamin Dalle en Bianca Debaets. Dalle zal de cd&v-lijst trekken voor het Brussels Parlement. Debaets trekt de Brusselse cd&v-lijst voor het Vlaams Parlement. Cd&v maakte gisteren bekend dat Vlaams minister van Brussel Benjamin Dalle de lijsttrekker wordt van de cd&v-lijst voor het Brussels Parlement. Benjamin Dalle: “Als Vlaams minister van Brussel heb ik me met veel enthousiasme ingezet voor het sterke aanbod van de Vlaamse gemeenschap en het uitgebreide netwerk van Nederlandstalige organisaties in Brussel. Dat aanbod wordt door de Brusselaars alom gewaardeerd. De uitdagingen voor ons gewest zijn echter enorm. Denk maar aan veiligheid, netheid en betaalbare huisvesting voor gezinnen. De volgende Brusselse regering moet meer ambitie en daadkracht aan de dag leggen om die problemen structureel aan te pakken. De Brusselaars verdienen meer respect. Brussel verdient beter. Daarom kies ik voluit voor Brussel als lijsttrekker van de cd&v-lijst voor het Brussels Parlement.” Brussels parlementslid Bianca Debaets maakt dan weer de transfer van het Brussels Parlement naar de Brusselse lijst voor het Vlaams Parlement. Bovendien schuift CD&V Debaets naar voren als gecoöpteerd cd&v-senator in de volgende legislatuur. Bianca Debaets: “Het is belangrijk om in het Vlaams Parlement de Brusselse kaart te blijven trekken. Het aanbod van de Vlaamse Gemeenschap is van cruciaal belang voor Vlaamse Brusselaars. Onze cultuurhuizen, crèches en scholen zijn van topniveau. Als oud-VGC-collegelid heb ik ook de ongelofelijke waarde ervaren van onze Vlaamse gezins- en welzijnsorganisaties voor de Brusselaars. Het ambitieuze akkoord voor de kinderopvang toont dat Vlaanderen de Nederlandstalige gezinnen in Brussel niet loslaat. Ik zal er voor blijven ijveren dat Brussel krijgt wat haar toekomt en dat Vlaanderen minstens vijf procent van haar Vlaamse gemeenschapsbudget investeert in onze hoofdstad.” Cd&v-voorzitter Sammy Mahdi: “Benjamin en Bianca zijn een bijzonder sterk duo voor de Brusselaar. Het gaat om twee verschillende profielen met elk hun eigen expertise maar die samen heel complementair zijn en heel veel Brusselaars aanspreken. Ze zijn op en top Brussel en pleiten onomwonden voor een Brussel dat veel meer ambitie aan de dag legt dan vandaag. Wie een veilige en nette stad wilt waar onze gezinnen ondersteund worden en onze jeugd alle kansen krijgt, die kan niet rond Bianca en Benjamin. Ze zijn ook de beste garantie op een sterke Vlaamse gemeenschap in onze hoofdstad.”
- De eerste lichting van Flanders Game Hub is een feit
De Flanders Game Hub werd in april dit jaar gelanceerd met de duidelijke ambitie om startende en ervaren gamebedrijven de kickstart te geven die ze nodig hebben. Met twee coaching trajecten in het portfolio (SPARK en IGNITE), staat de Game Hub klaar om expertise en netwerk in te schakelen daar waar studio’s ze het meest nodig hebben. De interesse in deze trajecten is duidelijk aanwezig. Maar liefst 22 studio’s dienden een project in waarvan er 11 werden geselecteerd door een internationale jury van game experts. Hieronder een overzicht. Flanders Game Hub werd in april dit jaar door Vlaams minister van Media Benjamin Dalle opgericht en lanceerde net voor de zomer haar call for studios. Ze ging langs in elke Vlaamse provincie en in Brussel om zich kenbaar te maken aan de almaar sneller groeiende gamesector. Dat leverde veel enthousiasme op en resulteerde in maar liefst 22 bedrijven die zich met een project aanmeldden. Aan de vooravond van het UNWRAP festival (13-14 oktober) kwam de expertenjury samen en boog zich over de pitch decks. Een ervaren jury van 17 experts uit het binnen en buitenland gaven feedback op zowel het zakelijke aspect van de studio als op de samenstelling en ambitie van het team, en het marktpotentieel en de uitvoering van de game. De jury had de uitdagende taak om uit 22 bedrijven te selecteren wie als startende studio begeleid wordt in het SPARK programma en welke meer ervaren bedrijven begeleiding krijgen in het IGNITE programma. Vlaams minister van Media, Benjamin Dalle: “We hebben met de Flanders Game Hub een bijzonder ambitieus project opgezet voor onze al even ambitieuze gamesector. Verschillende actoren uit de gamesector hebben er hun schouders onder gezet en we hebben veel nationale en internationale expertise samengebracht. Daar zien we nu de eerste resultaten van. Ik wens het team van de Gamehub en de 1 1 gekozen studio’s veel succes in hun komende traject en ben er zeker van dat ze een mooie toekomst tegemoet gaan.” De nieuwe lichting 5 studio’s werden weerhouden voor het SPARK programma. Deze startende studio’s worden een jaar lang intensief door experts begeleid om hun eerste game in een zogenaamde vertical slice te gieten. Met dat prototype kunnen ze vervolgens de markt op om investeringen en partners aan te trekken. Ook daarvoor zal de Flanders Game Hub de nodige contacten leggen. Eye Blink Twice, een gloednieuwe studio met eerste game Wake Up. Godspear Games, de one man studio die onlangs de Most Promising Startup Studio Award kreeg op de Belgian Game Awards en volop timmert aan de game Textbound Tales. Boxsun, een studio met eerste game Crystalis. Sticky Table, makers van Portal Seekers. Edge of Dusk, een studio waarbij broer en zus grafische en technische skills combineren en aanklopten bij de Flanders Game Hub om gamespecifieke kennis en een netwerk op te bouwen. Het IGNITE programma van de Flanders Game Hub helpt meer ervaren studio’s om op specifieke uitdagingen binnen de studio in te zetten. In dit programma gaat het vooral om groei en schaalbaarheid. De volgende studio’s krijgen het komende jaar begeleiding in hun zoektocht: Oisoi: de studio achter het succesvolle VR game Painting VR. Glowfish Interactive, de makers van Trifox. Moonmonster Studios, in volle voorbereiding van de comedy game Space Control. Cybernetic Walrus; lanceerde al meerdere games en is nu volop bezig aan de VR-game Does it Stack?. Headfirst Studios, ontwikkelen Divine Ambition. Realm Architect, een virtuele tabletop oplossing. Het resultaat van het eerste jaar begeleiding wordt volgend jaar in november tijdens UNWRAP festival gepresenteerd.
- Nieuws in de Klas leert jongeren kritisch omgaan met nieuws
Wat is betrouwbare informatie en wat is fake news? Het onderscheid is steeds moeilijker te maken, en daarom is het belangrijk om jongeren al vroeg mediawijs te maken. Zeker nu er verkiezingen voor de deur staan. Daarom lanceerde Vlaams minister van Media en Jeugd Benjamin Dalle donderdagochtend de nieuwste editie van Nieuws in de Klas. Dit project laat jongeren actief, kritisch en creatief met nieuws aan de slag gaan. In vergelijking met vorige jaren kiest Nieuws in de Klas steeds meer voor digitalisering: 48% van het budget gaat intussen al naar digitale pakketten. Met Nieuws in de Klas krijgen leerkrachten een instrument in handen om kinderen en jongeren te leren over de betrouwbaarheid van nieuws. Leerkrachten vanaf de derde graad lager onderwijs tekenen met Nieuws in de Klas in voor een papieren en/of digitaal nieuwspakket in de klas. Een papieren nieuwspakket bestaat gedurende een week uit 21 kranten/magazines per dag, en een login voor de digitale kranten en magazines. Met een digitaal nieuwspakket krijgen leerkrachten een week lang toegang tot 7 krantenwebsites, Knack en Humo. Sinds twee jaar zit ook BRUZZ mee in pakket. Digitalisering Nieuws wordt steeds meer op digitale wijze geconsumeerd, en dat geldt des te meer voor jongeren. Daarom legt ook Nieuws in de Klas steeds meer de klemtoon op digitale content. Dit schooljaar schuift het aanbod verder in digitale richting. Vorig schooljaar ging 58% van het budget naar papieren pakketten en 42% naar digitale pakketten. Dit schooljaar stijgt het aandeel digitale pakketten naar 48%. Jongeren tussen 10 en 14 jaar krijgen nog de papieren versies van 7 krantentitels op hun bank, terwijl 15- tot 18-jarigen uitsluitend toegang hebben tot digitale krantentitels. Drie magazines zijn wel nog in papieren exemplaar beschikbaar. Het Nieuws in de Klas-project bereikt momenteel 1 op 4 Vlaamse leerlingen. Nieuws in de Klas is een initiatief van Mediawijs, Vlaamse Nieuwsmedia, WE MEDIA, Media.21, VRTNWS en meemoo met steun van de Vlaamse Overheid. Vlaams minister van Jeugd en Media Benjamin Dalle trekt 1 miljoen euro uit voor dit project. Verkiezingen In 2024 staan er federale, regionale, Europese, lokale en provinciale verkiezingen op het programma. Het is belangrijk om jongeren tijdig wegwijs te maken in de talloze verkiezingsgerelateerde nieuwsberichten die naar hen toe komen. Daarom lanceren Mediawijs en VRT ook drie Eduboxen, die leerkrachten helpen om hun leerlingen meer te leren over de link tussen nieuws en politiek: Politieke communicatie: Met de EDUbox “Overtuigen” leren leerlingen al doende hoe ze overtuigd worden, welke technieken daarvoor gebruikt worden en hoe dit zowel positief als negatief kan zijn. Wereldbeeld – ideologie: Met de EDUbox “Ideologie” leren leerlingen over verschillende idealen en hoe die ons wereldbeeld bepalen. Die verschillende idealen kunnen leiden tot debat of conflict. Politiek – weg van de stem: De EDUbox “Politiek” wil jongeren inzicht geven in hoe beslissingen tot stand komen. Hoe overtuig je mensen van je ideeën, hoe krijg je ze gerealiseerd? Welke stappen bestaan er om van een idee tot een beleid te komen? Vlaams minister van Jeugd en Media, Benjamin Dalle: “Met een cruciaal verkiezingsjaar is het des te belangrijk om jongeren goed te leren omgaan met nieuws. Verschillende nieuwsmedia hebben een ‘factchecker’ in dienst, maar eigenlijk moet iedere jongere leren om zelf een factchecker te worden. De rol van de leerkrachten is hierin van levensbelang. Ik roep alle leerkrachten dan ook op om intensief met deze pakketten aan de slag te gaan en ze te integreren in hun lessen.” Drie extra pakketten Vorig jaar werd bovendien Nieuws in de Klas 2.0 gelanceerd, dat inzet op drie thema’s: Nieuwsmakers (over de rol van de journalist), Feitencheckers (wat is betrouwbare informatie en wat niet?) en Opiniemakers (klemtoonop actief burgerschap, kritisch denken en omgaan met meningsverschillen en polarisatie). Ook dit jaar kunnen leerkrachten opnieuw met deze pakketten aan de slag. De inhoud ervan werd licht bijgeschaafd na de feedback van de vorige jaargang. Uit een eerste bevraging is bovendien gebleken dat de vaardigheden van de jongeren rond deze drie thema’s na het gebruik van de lespakketten zijn gestegen. De papieren en digitale pakketten, en de herwerkte versies van Nieuwsmakers, Feitencheckers en Opiniemakers, en de EDUboxen zijn vanaf deze week beschikbaar voor alle geïnteresseerde leerkrachten. Ze kunnen hiervoor een aanvraag indienen via nieuwsindeklas.be.
- Tien nieuwe geprofessionaliseerde jeugdhuizen
Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle investeert de komende vier jaar meer dan 22 miljoen euro in de geprofessionaliseerde bovenlokale jeugdhuizen. Hier wordt jaarlijks 1,24 miljoen euro extra voor vrijgemaakt, een stijging van bijna 30 procent. Die extra middelen zorgen voor een hogere ondersteuning voor individuele werkingen en maken bovendien de subsidiëring van tien nieuwe geprofessionaliseerde jeugdhuizen mogelijk. Dat maakte Dalle bekend tijdens een persconferentie in Jeugdhuis De Branding in Jette. In 2019 besliste minister van Jeugd Benjamin Dalle om 49 geprofessionaliseerde jeugdhuizen voor het eerst te ondersteunen voor een periode van vier jaar. Daarmee kregen de jeugdhuizen financiële zekerheid en moesten ze niet langer jaarlijks een nieuwe aanvraag indienen. Vier jaar later zet minister Dalle die lijn verder. De Vlaamse Regering maakt opnieuw extra geld vrij voor de jeugdhuizen. In totaal gaat er de komende vier jaar meer dan 22 miljoen euro naar 57 jeugdhuizen. Jaarlijks maakt de Vlaamse regering 5.578.349 euro vrij, een stijging met 1.247.339 euro ten opzichte van de vorige periode. Een broodnodige impuls die het mogelijk maakt om het subsidiebedrag op te trekken én nieuwe werkingen te ondersteunen. Drie prioriteiten De ondersteuning gaat naar bovenlokale werkingen, wat inhoudt dat de deelnemers die de werking bereikt afkomstig zijn uit meerdere gemeenten. De jeugdhuizen konden bij hun aanvraag de klemtoon leggen op een of meerdere van drie prioriteiten: artistieke expressie, sociale cohesie en ondernemerschap. 63 jeugdhuizen dienden een aanvraag in, voor een maximumbedrag van 115.000 euro per werking. 57 organisaties kregen een subsidie toegekend. In heel Vlaanderen komen er tien nieuwe geprofessionaliseerde jeugdhuizen bij, met name: - 1001 Schakels (Vilvoorde) - Averroes (jeugdhuis Bijenkorf) (Gent) - De Gemeenschap (Sint-Niklaas) - Fleks (Antwerpen) - Jeugdhuis Thope (Brugge) - Kapow (Gent) - Kavka (Antwerpen) - Koninklijke Sporting Club City Pirates (Antwerpen) - Openbaar Entrepot Voor De Kunsten (Leuven) - Rock-en Metal Jeugdhuis Asgaard (Gent) Professionalisering “Uit de aanvragen is gebleken dat de kwaliteit van de ingediende dossiers hoger ligt. Dit wijst duidelijk op een sterke professionalisering van onze jeugdhuizen. En de tien nieuwe erkenningen zorgen dan weer voor bijkomende plekken waar jongeren elkaar kunnen ontmoeten en samen projecten kunnen opzetten. Ik ben blij dat we al deze projecten de nodige ondersteuning kunnen bieden”, zegt Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle. “Een opvallende vaststelling: heel wat organisaties haalden zelf mentaal welzijn van jongeren aan als cruciaal element van hun dossier. Het toont aan dat mentaal welzijn en het bieden van een veilige plek voor jongeren niet meer weg te denken is uit de dagelijkse werking van de jeugdhuizen”, aldus minister Dalle. Formaat en Entree Formaat, vertegenwoordiger van de geprofessionaliseerde jeugdhuizen in Vlaanderen, is tevreden met deze bijkomende ondersteuning. "Deze bijkomende investeringen zijn absoluut op hun plaats: ze erkennen het engagement van jongeren in bestaand open jeugdhuizen èn ze geven ruimte aan nieuwe initiatieven om bovenlokaal te groeien. We zijn blij dat de minister zich partner toont voor meer en sterker open jeugdwerk en de impact ervan erkent”, zegt Noura Benchicar, directeur van Formaat vzw. De verschillende jeugdhuizen die Brussel rijk is, genieten ondersteuning van Entree. Deze organisatie wil de verschillende jeugdhuizen die ze ondersteunt openstellen. Op elke locatie is er een aanspreekpunt dat mee activiteiten opzet, ondersteunt en aanmoedigt. Zo wil Entree ontmoetingen in de stad stimuleren. Via haar muziek- en sportaanbod kunnen jongeren zich op een laagdrempelige manier uitdrukken en bewegen. Daarnaast organiseert Entree zelf een resem events zoals vormingen, een jaarlijks weekend en een eigen festival. Stefaan Kaberuka, coördinator bij Entree: “De bijkomende investeringen van minister Dalle zorgen ervoor dat we via een nieuw festival, BX.Live, jong Brussels talent extra op de kaart kunnen zetten. Zo kunnen we de grijze zone tussen jeugdhuispodia en grote podia verkleinen." Jeugdwerking met kinderen en jongeren met een handicap Ook voor het bovenlokaal jeugdwerk met kinderen en jongeren met een handicap maakt minister Dalle middelen vrij. 14 organisaties krijgen een werkingssubsidie voor de periode 2024-27, goed voor een totaal van 1.817.000 euro. Dat is een stijging van 402.375 euro. Deze investeringen zijn nog maar een beginpunt, zegt minister Dalle: “Tijdens de begrotingsonderhandelingen van de Vlaamse Regering in september is er beslist om jaarlijks 6 miljoen extra te investeren in het jeugdbeleid en onze jeugdorganisaties. Deze forse investering in de jeugdsector is daar een eerste belangrijk gevolg van. We zijn nog volop in overleg met de jeugdsector over bijkomende investeringen.” De subsidies voor de geprofessionaliseerde jeugdhuizen op een rij: 1001 Schakels Vilvoorde 70.000,00 Averroes (Jeugdhuis Bijenkorf) Gent 85.000,00 Bazzz Antwerpen 115.000,00 Bolwerk Kortrijk 115.000,00 Broeikas Hasselt 115.000,00 Buurtwerk't Lampeke Leuven 115.000,00 Dallas Aalst 70.000,00 De Gemeenschap Sint-Niklaas 115.000,00 De Moeve Lier 40.000,00 De Stroate Kortrijk 115.000,00 Entree Brussel 114.999,99 Fleks Antwerpen 70.000,00 JC Bouckenborgh Antwerpen 115.000,00 Jeugd- En Muziekcentrum Kinky Star Gent 111.849,82 Jeugdcentrum Ahoy Wijnegem 115.000,00 Jeugdcentrum Den Eglantier Sint-Niklaas 90.000,00 Jeugdcentrum Juvenes Zele 115.000,00 Jeugdclub Ten Goudberge Wevelgem 115.000,00 Jeugdclubs Knokke-Heist Knokke-Heist 90.000,00 Jeugdhuis Club 9 Beringen 90.000,00 Jeugdhuis Comma Brugge 115.000,00 Jeugdhuis De Korre Oostende 55.000,00 Jeugdhuis De Route (EnNu?) Eeklo 70.000,00 Jeugdhuis De Vonk Geel 90.000,00 Jeugdhuis Govio Kalmthout 115.000,00 Jeugdhuis Jakkedoe Waregem 90.000,00 Jeugdhuis JOC Ieper Ieper 50.000,00 Jeugdhuis Leuven Leuven 90.000,00 Jeugdhuis Lodejo Lochristi 115.000,00 Jeugdhuis 't Kasseiken Wachtebeke 115.000,00 Jeugdhuis 't Paenhuys Hoegaarden 60.000,00 Jeugdhuis Thope Brugge 115.000,00 Jeugdhuis Tydeeh Mol 115.000,00 Jeugdhuis Wollewei Turnhout 115.000,00 Jeugdhuis Zenith Dendermonde 115.000,00 Jeugdhuis-Muziekcentrum Nijdrop Opwijk 90.000,00 Jeugdontmoetingscentrum Minus One Gent 90.000,00 Kapow Gent 90.000,00 Kavka Antwerpen 115.000,00 Koninklijk Jeugdhuis Alfa Brakel 55.000,00 Koninklijke Sporting Club City Pirates Antwerpen 70.000,00 Kreatief Ateljee Krak Avelgem 115.000,00 Nerdlab Gent 115.000,00 OJC Kompas Sint-Niklaas 115.000,00 Oostendse Hobbi Klubs Oostende 115.000,00 Openbaar Entrepot Voor De Kunsten Leuven 50.000,00 Quindo Kortrijk 94.000,00 R.C.J.C. Het Entrepot Brugge 115.000,00 Rock- en Metal Jeugdhuis Asgaard Gent 90.000,00 Scheld'apen Antwerpen 115.000,00 Sojo Leuven 115.000,00 Stedelijk Jeugdwerk Leuven Leuven 115.000,00 t Klokhuis Hamme 112.500,00 Toestand Jette 90.000,00 Vagevuur Open Jeugdwerk Lokeren 115.000,00 Vizit Antwerpen 90.000,00 V.J.O.C. De Kim Oostende 100.000,00 TOTAAL 5.578.349,00 Subsidies professioneel jeugdwerk met kinderen en jongeren met een handicap Autisme Leeft 240.000,00 De regenbOog 200.000,00 De Stroom 115.000,00 Doof & Jong Vlaanderen 115.000,00 Dyade 145.000,00 Gezinsactiviteitencentrum Het Balanske 115.000,00 Jeugddienst Appelsien 62.000,00 Oranje 287.000,00 VFG-Jong Oost-Vlaanderen 35.000,00 Voluntas 75.000,00 Vrijetijdsondersteuningscentrum Opstap 148.000,00 Westhoek Vrijetijd Anders – Metgezel 157.000,00 Briek 73.000,00 Fiola 80.000,00 TOTAAL 1.817.000,00


















